Dat is het oordeel van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB), dat het Meldpunt Discriminatie Amsterdam (MDA) woensdag naar buiten heeft gebracht.Een 17-jarige Joodse studente stapte naar de commissie, omdat ze niet kon deelnemen aan een selectiedag voor de opleiding tandheelkunde omdat dit op een zaterdag was. De studente had de UvA verzocht de toetsen op een andere dag te mogen afleggen, maar de universiteit ging hiermee niet akkoord.’

Een bezwaarschrift aan de afdeling juridische zaken van de UvA volgde, maar die wees het verzoek eveneens af. Volgens de onderwijsinstelling is het van vitaal belang dat de selectieronde gelijktijdig met andere studenten wordt afgelegd. Daarop maakt ze geen uitzondering.

Het MDA heeft zich vervolgens over de zaak gebogen en vindt dat de universiteit een verboden onderscheid heeft gemaakt op grond van godsdienst. Het meldpunt heeft de zaak daarop voorgelegd aan de Commissie Gelijke Behandeling, die tot hetzelfde oordeel komt. Volgens de commissie is het „zich onthouden van bepaalde activiteiten op sabbat een rechtstreekse uitdrukking van de godsdienstige overtuiging van de joodse vrouw". Dit wordt dan ook beschermd door de Algemene Wet Gelijke Behandeling.

De UvA had zorgvuldiger moeten kijken of een uitzondering op het beleid mogelijk was en de bezwaren beter moeten afwegen tegen de hieruit voortvloeiende gevolgen, menen de instanties.