Dat heeft voorzitter Ermelinde van de Bouwhuysen van Stichting Keerpunt donderdagavond aangekondigd. De stichting is het uit het oogpunt van het milieu oneens met het feit dat het publiek zeven dagen per week welkom is in het winkelcentrum in Roosendaal.Roosendaal maakt voor de openstelling op zondag gebruik van een zogenaamde toeristenbepaling in de Winkeltijdenwet. Daarmee mag een bepaalde regio tot toeristisch gebied worden bestempeld, om zo de zondagsopenstelling te verruimen. De gemeente bepaalt zelf of het toeristische regime van toepassing is. Saillant detail daarbij is dat een definitie van het begrip ”toeristische aantrekkingskracht” in deze wet ontbreekt.

Volgens Roosendaal is het besluit om de plaatselijke winkeltijdenverordening aan te passen zorgvuldig genomen. Zo zijn onder andere het georganiseerde bedrijfsleven en de maatschappelijke organisaties, waaronder de Raad van Kerken, bij de besluitvorming betrokken geweest. Verder heeft ook de minister van Economische Zaken tot tweemaal toe naar aanleiding van vragen in de Tweede Kamer bevestigd dat het proces in Roosendaal zorgvuldig is verlopen, stelt de Roosendaalse PvdA-wethouder J. Pelle.

De gemeente Roosendaal zou volgens Pelle geen andere manier van werken hebben dan andere steden. In ruim 150 van de 443 gemeenten is er een verruimde zondagsopenstelling op basis van de toeristenbepaling in de Winkelsluitingswet. Maar als het aan de Stichting Keerpunt ligt, duurt dat niet lang meer.

„De rechtszaak tegen de gemeente gaat gewoon door”, aldus Van de Bouwhuysen. „De gemeente heeft op oneigenlijke gronden gebruikgemaakt van het toeristische regime, en daar zijn we op tegen.”

Keerpunt is al eerder naar de voorzieningenrechter van het CBB gestapt met de eis de zondagsopening van het Roosendaalse merkendorp Rosada met onmiddellijke ingang te laten verbieden. Hoewel de milieugroepering toen in het ongelijk werd gesteld, uitte ook de rechter zijn twijfels over de toeristische aantrekkingskracht van Roosendaal. Met die opmerking is de rechter volgens wethouder Pelle destijds op de stoel van de wetgever gaan zitten. „Als bestuurder kan ik dat niet accepteren”, aldus de wethouder.

Wordt Keerpunt in het gelijk gesteld, dan heeft dat gevolgen voor diverse andere gemeenten, erkent Pelle. „Zo niet, dan is niet de Stichting Keerpunt de grote verliezer”, zegt Van de Bouwhuysen, „maar het milieu. Want het milieu is er niet bij gebaat als ook op zondag duizenden funshoppers de omgeving met hun auto’s vervuilen.”