Lourdes
Vandaag begint voor Lourdes het jubeljaar. Het is 150 jaar geleden dat een veertienjarig meisje, Bernadette Soubirous, bij de ingang van een grot in het Zuid-Franse plaatsje een visioen krijgt. „Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis”, hoort ze bij een van de volgende verschijningen. Anderhalve eeuw later trekt Lourdes zo’n 6 miljoen bedevaartgangers per jaar en dat aantal zal in het aanstaande jubileumjaar zeker hoger zijn.
Een van hen is mogelijk Benedictus XVI. De paus wil in ieder geval zijn steentje bijdragen aan het bezoekersaantal in Lourdes, zei hij afgelopen donderdag. Hij gaat dat doen door alle bedevaartgangers die in het jubeljaar Lourdes bezoeken, een volledige aflaat te verlenen.Protestanten denken bij aflaten vooral aan de tijd van Luther, maar ook vandaag de dag komen die voor. In 2005 beloofde de paus de bezoekers van de Wereldjongerendagen in Keulen zo’n aflaat. De betekenis die de Rooms-Katholieke Kerk aan een aflaat toekent, is ook anders dan veel protestanten menen: het is niet een vrijbrief om te zondigen of een middel om vergeving van zonden te verkrijgen.
Rome meent dat de zonden bij de doop vergeven worden, maar dat de zondaar nog een tijdelijke straf moet ondergaan. Zondaren kunnen daarvan ontslagen worden door boete te doen of een aflaat te verkrijgen. Daardoor kunnen ze na hun overlijden onmiddellijk naar de hemel of hoeven ze minder lang in het vagevuur te verblijven.
Ook dichter bij huis heeft de Rooms-Katholieke Kerk vandaag een feestje. Kardinaal Simonis, voorzitter van de Nederlandse bisschoppenconferentie, neemt afscheid als aartsbisschop van Utrecht. De kardinaal gaf vorige week in deze krant aan dat hij sympathie heeft voor reformatorische christenen en dat hij hun eerbied voor het heilige waardeert. Andersom ontvangt hij uit deze kring dankbetuigingen voor de orthodoxe en Bijbelgetrouwe standpunten op ethisch terrein. Simonis is ervan overtuigd dat het zwart-witdenken over Rome en Reformatie niet zo nodig is, want er is meer dat ons bindt dan dat ons scheidt.
Is dat juist? Natuurlijk is er veel dat bindt. Als de paus in zijn recente encycliek, vorige week, het atheïsme bestrijdt dat niet in een God kan geloven omdat er zo veel onrecht is, of als hij vraagtekens plaatst bij het vooruitgangsgeloof in de wetenschap, dan zal een rechtgeaard gereformeerde dat van harte beamen. Dat geldt ook voor veel ethische standpunten van Simonis en andere behoudende katholieken.
Maar er is meer dat scheidt. Zowel de Mariaverering bij Lourdes als het toekennen van aflaten aan bedevaartgangers maakt weer eens duidelijk dat de fundering van de Rooms-Katholieke Kerk door de eeuwen heen gelijk gebleven is. Waar de Reformatie Christus ziet als enige Rots van behoud, zet Rome de mens aan het werk voor zijn eigen behoud, als kleine zelfverlosser naast Christus, door bedevaarten en Weesgegroetjes. Ook Simonis’ opvattingen over de noodzaak van het verzoeningswerk van Christus wijken af van het reformatorisch gedachtegoed, als hij vrome moslims in de hemel verwacht aan te treffen.
Lourdes is een list van satan, zei een insider deze week. De duivel is de diabolos: hij scheidt wat bijeen hoort en brengt daardoor verwarring. Dat doet de duivel hier ook. Waar de Heidelberger Catechismus spreekt over Jezus als een volkomen Zaligmaker, Wiens bloed van álle zonde reinigt, matigt Rome zich de macht aan zowel de verdiensten van Christus als die van de heiligen uit te kunnen delen in de vorm van aflaten. Maar wie meent dat er verlossing is buiten Christus, valt in diezelfde strik van satan.
Deze duivel verslaat echter ook zijn duizenden onder reformatorische christenen. Met dezelfde list. Wie zei er ook alweer dat als je ’m open zou snijden, er dan een paap in zijn hart zat?