Dat bleek zondag op de top van de OPEC, de groep van olie-exporterende landen. De koersdaling van de dollar heeft een direct effect op de inkomsten van de olieproducenten. Iran wil om die reden dat olie ook in andere valuta zoals de euro kan worden verhandeld. In de slotverklaring van de topconferentie werd de dollar echter niet genoemd.De handelwijze van Iran heeft ook een politieke achtergrond. Iran is aartsvijand van de Verenigde Staten, dat een grootverbruiker is van olie. Gastland Saoedi-Arabie wilde in de slotverklaring geen concrete verwijzing naar de dollar, uit angst dat de Amerikaanse munt daardoor misschien verder zou kunnen dalen.

Ook Venezuela greep de bijeenkomst aan voor een politieke boodschap. President Chavez waarschuwde ervoor dat de olieprijs kan oplopen tot 200 dollar per vat als de Verenigde Staten over zouden gaan tot een aanval op Iran. De afgelopen tijd is de olieprijs opgelopen tot bijna 100 dollar per vat. Saoedi-Arabie, een bondgenoot van de Verenigde Staten, gaf Chavez tijdens de bijeenkomst wat tegengas. De Saoedische koning Abdullah zei dat olie niet als ’gereedschap’ in een conflict mag worden ingebracht. Hij benadrukte dat olie een middel moet zijn voor ontwikkeling.

In de verklaring bevestigen de OPEC-landen dat ze voor een adequate en betrouwbare oliebevoorrading willen zorgen. Een concrete verwijzing naar een verhoging van het productieplafond van de OPEC ontbrak in de verklaring. Een hogere productie zou de druk op de olieprijs kunnen verminderen. Verder onderstreepten ze het belang van de toegang tot energie als middel om armoede te bestrijden en van schone technologie om het broeikaseffect tegen te gaan. Tijdens de bijeenkomst zegde Saoedi-Arabie 300 miljoen voor een fonds dat onderzoek naar de opwarming van de aarde.