Moordenaarsbende vraagt vergeving
KAMPALA - Een delegatie van de beruchte rebellen van het Verzetsleger van de Heer (LRA) bezoekt de komende zes weken vluchtelingenkampen in Uganda om vergeving te vragen voor de brute moordpartijen, de vele kindontvoeringen en mensonterende misdaden die zij de afgelopen twintig jaar in het noorden van het Afrikaanse land Uganda hebben begaan.
Het is een omstreden rondgang. De misdaden die door de rebellen zijn begaan, zijn namelijk zo ernstig dat het Internationaal Strafhof in Den Haag in 2005 een arrestatiebevel uitgevaardigde tegen commandanten van de rebellen. Ondanks die misdaden is de vergevingsbereidheid bij slachtoffers opvallend groot. Vrouwen die moesten aanzien hoe hun man en kinderen werden gedood en die vervolgens zelf voor het leven werden getekend doordat rebellen hun lippen, oren en handen afsneden, verklaren dezer dagen publiekelijk dat ze bereid zijn de rebellen te vergeven.De belangrijkste reden van die vergevingsbereidheid is dat de Ugandezen de oorlog moe zijn. Sinds twintig jaar maken de rebellen onder leiding van de zichzelf profeet noemende Joseph Kony het leven in het noorden van Uganda onmogelijk.
In eerste instantie keerde Kony zich tegen de regering van Uganda, maar al snel richtten zijn (kind)soldaten de geweerlopen op gewone burgers, omdat zij hem onvoldoende zouden steunen. Het gevolg was dat de afgelopen vijf jaar bijna de hele bevolking van het noorden van Uganda in vluchtelingenkampen woonde. Zo’n 100.000 mensen zijn vermoord, tienduizenden -grotendeels kinderen- ontvoerd en enkele duizenden ter afschrikking vreselijk toegetakeld.
Veel slachtoffers vinden het schenken van vergeving een makkelijker opgave dan nog langer in onveiligheid te moeten leven in overbevolkte vluchtelingenkampen.
Anderhalf jaar geleden begonnen vredesonderhandelingen tussen de Ugandese regering en de rebellen. De Ugandese president Yoweri Museveni zegde de rebellen, inclusief hun beruchte leiders, een „zachte landing” toe. Hij beloofde zich er persoonlijk voor in te zetten dat de rebellen na het ondertekenen van een vredesverdrag en na het belijden van hun schuld aan een nieuw leven konden beginnen als vrije Ugandese burgers.
Het belangrijkste obstakel bij de vredesonderhandelingen is het arrestatiebevel van het Internationaal Strafhof. Uganda kan dan wel een zachte landing beloven, maar dat betekent nog niet dat het strafhof het arrestatiebevel intrekt. Het strafhof is een onafhankelijk rechtsorgaan.
De regering zegt daarom dat de rebellen eerst vergeving moeten vragen en krijgen van de bevolking van Uganda. Daarna moet het vredesverdrag worden getekend en moeten de hoofdschuldigen in Uganda zelf worden berecht. Dat gaat met traditionele verzoeningsrituelen, zodat de strafmaat voor de oorlogsmisdadigers naar verwachting zeer mild zal zijn. Pas als aan deze voorwaarden is voldaan, dient de regering een verzoek in bij het strafhof om het arrestatiebevel in te trekken.
De vredesbesprekingen zaten de afgelopen vijftien maanden geregeld in het slop. Nu de delegatie van de rebellen eindelijk is begonnen aan de langverwachte rondgang om vergeving te vragen, lijken de rebellen zich te hebben neergelegd bij het voorstel van de regering.
De reis van de delegatie valt samen met geruchten dat Joseph Kony zijn tweede man, Vincent Otti, heeft vermoord. Uit de schuilplaats van de rebellen in een afgelegen natuurpark in buurland Congo komen hardnekkige geruchten dat er onderlinge tweedracht bij de opstandelingen zou zijn. Daarom zou Kony opdracht hebben gegeven om Otti, samen met enkele andere commandanten en hun naar verluidt vele volgelingen, te vermoorden. Op 10 oktober zou het rebellenkamp het toneel zijn geweest van een ware veldslag.
Kony ontkent deze beschuldigingen en beweert dat Otti slechts onder huisarrest staat. De geruchten werpen echter een vreemd licht op de vraag om vergeving van de rebellendelegatie in het noorden van Uganda. Veel Ugandezen vragen zich af of de rebellen wel te vertrouwen zijn. De vrede die aan de ene kant dichterbij komt door de vraag om vergeving door de rebellen, wordt aan de andere kant weer ondergraven door de geruchten over de gewelddadige dood van Otti en de zijnen. Vincent Otti is overigens een van de vier door het Internationaal Strafhof aangeklaagde rebellencommandanten.