Gehecht aan de eigen schaar en die ene kruk
KOOTWIJKERBROEK - Vooral het knippen van een blockhead komt aan op de arm en schouder. Marcel van Lagen knipt het strakke stekelmodel uit de losse pols, en niet, zoals anderen, met een tondeuse. De ambachtsmensen die kappers heten schakelen niet zonder meer over op een andere techniek - ook al is die ergonomischer.
Hoewel een handgeknipte blockhead best wat vergt, is het de moeite waard, zegt Van Lagen (33). „Ik pik hem er negen van de tien keer uit. Ik heb klanten die speciaal voor dit model hierheen komen. Trouwens, het lukt mij ook niet goed met de tondeuse.”Hij zit nu negen jaar in het kappersvak; sinds 2004 heeft hij een eigen herenkapsalon in Kootwijkerbroek. Het knipwerk leverde hem sterk ontwikkelde triceps op -de spier op de bovenarm die wordt gebruikt bij het strekken van de arm- en ja, ook rugklachten. Daarvoor leerde hij oefeningen van een fysiotherapeut en daarom zorgt hij ervoor genoeg pauze te houden.
Er zijn nogal wat kappers met klachten, meldt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Een derde kampte vorig jaar met RSI- en rugproblemen; een vijfde heeft een vorm van eczeem, een huidallergie of irritaties aan de luchtwegen. De Arbeidsinspectie controleert tot februari volgend jaar bij duizend zaken in hoeverre werknemers met de juiste materialen werken en of ze zich aan de regels houden.
De kappersbranche zelf heeft beleidsregels voor gezond werken opgesteld. Zo mag een kapper maximaal een halfuur nat werk doen zonder handschoenen, gebruikt hij een verstelbare pompstoel en moet de kapsalon een speciale chemiehoek hebben voor het bereiden van haarverf, permanentvloeistof en blondeermiddelen.
Met dat laatste heeft Van Lagen niet te maken, want hij kleurt en permanent niet. Maar een aparte hoek voor de chemie lijkt hem een must. „Als je haren kleurt, voeg je pigment toe. Als je blondeert, verbrand je pigment. Kun je nagaan wat een tuig dat laatste is.”
Voor Van Lagen, die „puur knipwerk” doet, zijn vooral houding en afwisseling van belang. „Je staat snel scheef. Je staat vaak los en in de lucht te knippen. Ik gebruik een zogenaamde kappersfiets met een ponyzadel: veel beter dan de rechte zadels van vroeger. En de fiets zorgt voor een rustpunt voor je benen, een betere houding voor je rug en een steunpunt voor je handen.”
Klanten nemen plaats in verstelbare stoelen. Voor kinderen heeft Van Lagen een stoelverhoger, een kussen van 20 tot 24 centimeter dik. „Als ze heel klein zijn, zetten we hen ook wel bij de moeder op schoot. Dan moet je snel werken en alert zijn. Dat vreet energie. Als je dan ook nog een stukje vakwerk wilt neerzetten, moet je er niet meer dan twee of drie op een dag van hebben.”
De scharen die de Kootwijkerbroekse kapper gebruikt, zijn nikkelvrij; nikkel veroorzaakt een speciale allergie. „Ik gebruik uitsluitend Japanse scharen; de kwaliteit van het staal vind ik veel beter dan de Duitse. In het staal zit kobalt, wat het hard maakt, en titanium, wat het licht maakt.” Qua vorm zijn er de straight-, de offset- en de semi-offsetscharen. Van Lagens favoriete exemplaar behoort tot de laatste categorie; er zit een pinksteun op en de stand van de ogen ten opzichte van het blad maakt dat hij de schaar op een natuurlijke manier vasthoudt, en niet verwrongen.
Dat de straightvariant -een rechte en niet zo ergonomische schaar- nog bestaat, komt doordat sommige kappers niet kunnen werken met de nieuwe soorten, aldus Van Lagen. Wat hij wel begrijpt, want zelf kan hij bijvoorbeeld niets beginnen met de offsetvariant. „Op de opleiding mopperde een leraar wel eens over kappersfietsen: „Ik kan niet overweg met die fietsjes, maar ik moet het jullie leren.””
Op de kappersschool in Arnhem, waar Van Lagen negen jaar geleden het vak leerde, nu het Haarstylistencollege, was veel aandacht voor ergonomie, zegt hij. „Ze waren er heel streng. Als je op een examen geen handschoenen aandeed met het permanenten, kostte je dat beslist punten.”
Degelijk schoeisel werd ook aangeraden, zegt Van Lagen. „Het geeft steun voor de rug en is goed voor de knieën. Ik was de enige jongen in de klas en liep op goede schoenen. Vrouwen hadden er meer moeite mee; de meeste goede schoenen zijn niet zo sierlijk. Het is zo belangrijk, je staat er negen uur per dag op.”
Kappers erkennen hoe belangrijk gezond werken is; een vorige werkgever van Van Lagen liet eens in de week een fysiotherapeut komen voor zijn werknemers. Tegelijk zijn ze nogal eens gehecht aan hun eigen schaar, die ene foute houding. „Mijn eerste werkgever zei regelmatig tegen mij: „Rug recht! Pak die kruk!” Zelf kon hij helemaal niet op een kruk werken.”
Zie ook: www.healthyhairdresser.nl