„Geen vlieger is opgegaan zonder tegenwind”
VEENENDAAL - In rijen komen ze binnen, jonge mannen in pakken, met glimmend gestylde haren en vastberaden blikken. Ze lijken niet op elkaar en toch ook weer wel. Op de eerste bijeenkomst van RMU Jong Ondernemend, donderdagavond, zinderde ondernemersgeest door de zaal.
Dat er vooral mannen aanwezig zijn, zegt wel wat maar niet alles. Want ondernemende geesten zijn niet gebonden aan uiterlijk, geslacht of omstandigheden. Ondernemen zit in je bloed -of niet- en vervolgens is het de vraag wat je daarmee doet, was gisteren de boodschap.Het nieuwe initiatief van de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU) richt zich op jonge, startende ondernemers, op jongeren die van plan zijn een eigen zaak te beginnen, op studenten en op ondernemende werknemers. Leden van Jong Ondernemend krijgen van de RMU een pakket van diensten aangeboden: praktisch advies bij het starten, hulp van een accountant, coaching. Daarnaast komen er regelmatig meetings „die in het teken staan van kennisontwikkeling, toerusting, vorming en ontmoeting.” Bijbelse waarden en normen staan daarbij centraal. Gisteravond niet alleen doordat RMU-directeur Peter Schalk de gelijkenis van de talenten voorlas -„vaak anders uitgelegd dan bedoeld”- maar ook implicieter in het verhaal van de sprekers.
„Laat je niet leiden door verkeerde zaken, zoals geld en macht”, zei Piet Spruijtenburg, senior consultant bij Spruijtenburg Business Consulting, tegen de ruim 120 aanwezigen. De vijftiger schetste zijn loopbaan en gaf door wat hij heeft geleerd. „Op de lagere school wist ik zeker dat ik alleen maar mijn rijbewijs hoefde te halen en verder niets, want ik wilde vrachtwagenchauffeur worden. De hoofdonderwijzer kwam praten en toen ging ik toch maar naar de mavo.”
Hij stoomde door naar de havo en de meao, werkte intussen thuis mee in het familiebedrijf. In militaire dienst leerde hij als commandant leidinggeven. Via banen bij Gouda’s Glorie, een grote aannemer op het gebied van groenvoorziening en een houthandel kwam hij ten slotte uit bij een eigen bedrijf.
Spruijtenburg: „Ik heb leren en werken altijd gecombineerd. Ik heb me steeds verdiept in de vakgebieden waarin ik bezig was. Verder had ik andere functies: op kerkelijk terrein, op sportgebied. En overal doe je nuttige vaardigheden op.”
Zodat de ondernemer nu tips kan geven aan jonge starters: „Let op waar je je echt thuis voelt. Voor mij was chemie bijvoorbeeld niets. Zoek balans, houd in de gaten wie je bent, zodat je niet in een verkeerd vakje terechtkomt. Probeer zaken uit. Ga open met mensen om.”
Ook loopbaancoach Tjeerd van Dam van Van Dam Loopbaanbegeleiding stevende niet rechtstreeks af op een eigen bedrijf, vertelde hij gisteren. Hij was eerst zo’n „ondernemende werknemer”, een van de doelgroepen van Jong Ondernemend. Hij dacht mee met zijn werkgevers, maakte plannen, zat vol ideeën. Lachend: „Wie zaten mij eigenlijk in de weg? De leidinggevenden.”
Hij begon aan een opleiding voor de detailhandel, maar, zei zijn docent in het eerste jaar, „Als je niet in een winkel wilt staan moet je hier niet zijn.” Van Dam: „Dat is ook zo! Ik wilde helemaal niet in een winkel staan.” Hij vertrok naar de meao, volgde een hbo-opleiding personeel en arbeid en studeerde daarna aan de universiteit arbeid en organisatie, een specialiteit van sociologie.
„Al die paden waren nodig voor wat ik nu doe”, blikt Van Dam terug. „Dat zie ik achteraf.” Nu doet hij waar zijn hart ligt: als loopbaancoach werkt en praat hij met mensen; tegelijk denkt hij na over de markt en over commerciële mogelijkheden.
Een ondernemer moet een realistisch zelfbeeld hebben, aldus Van Dam. Gelach in de zaal over het plaatje dat hij terloops toont: een kat kijkt in een spiegel en ziet daar een tijger. Verder is intuïtie voor de markt belangrijk. „Toen ik voor mezelf begon, was er nog geen loopbaanbedrijf dat zich op christenen richt. Hoe kan dat nou? dacht ik.”
Zelfvertrouwen is ook een must. „Wat niet betekent dat een ondernemer nooit twijfelt.” Plus flexibiliteit. En besluitvaardigheid. „Je moet niet te veel leunen op anderen. Op een bepaald moment durf je te zeggen: zo doe ik het.” Doorzettingsvermogen. „Natuurlijk komen er tegenvallers. Maar zonder tegenwind is nog nooit een vlieger opgegaan.”
Op de gang stapt een jonge onderneemster in spe op Van Dam af. „Mag ik uw kaartje?” Werk aan de horizon.