De veelkleurigheid van de christelijke traditie
Titel: ”Van God gesproken. De mooiste preken sinds de Bergrede”; bijeengebracht door Jaap H. van der Laan
Uitgeverij: Vesuvius, Amsterdam, 2007
ISBN 978 90 5383 989 8
Pagina’s: 511
Prijs: € 29,95;
Titel: ”Teksten van mijn leven. Grote teksten uit de christelijke traditie”; Marius van Leeuwen en Maaike de Haardt (red.)
Uitgeverij: Meinema, Zoetermeer, 2007
ISBN 978 90 211 4142 8
Pagina’s: 244
Prijs: € 18,90.Een veelzijdig (s)preken over God en de mens, dat is de grondtoon van twee bundels met teksten en preken in de christelijke traditie. Een aantal theologen laat zijn gedachten over God en het geloof gaan. Inspirerend maar soms ook tegenstrijdig vanwege de wel zeer uiteenlopende uiteenlopende geloofsvoorstellingen.
Prof. Jaap van der Laan (1945), emeritus hoogleraar homiletiek (preekkunde), redigeerde ruim vijftig preken van dertig internationaal vermaarde predikers van alle tijden. Het gezelschap bestaat uit onder andere Origenes, Augustinus, Chrysostomus, Meister Eckhart, Luther, Calvijn, Abraham Kuyper, Albert Schweitzer, Dietrich Bonhoeffer, Martin Luther King, Dorothee Sölle, Tom Naastepad en Huub Oosterhuis en Nico ter Linden.
Alle preken en predikers krijgen achter in het boek een korte toelichting. De meeste preken van buitenlandse auteurs zijn ter gelegenheid van deze uitgave voor het eerst vertaald. Het boek biedt ons de gelegenheid om te lezen hoe in de oudchristelijke kerk werd gepreekt, maar ook hoe moderne theologen over God (s)preken. Je zou de bundel kunnen lezen als een compendium van de kerkgeschiedenis.
Dor leer- en denkgeraamte
De inhoud is moeilijk uitputtelijk te noemen. Er zitten mystieke teksten bij, zoals van Bernardus van Clairveaux (het verlangen naar de bruidegom) en van Eckhart, met zijn gedachte van de versmelting van de ziel met God („God kan ons evenmin missen als wij Hem”; „Dat God God is, daarvan ben ik een oorzaak; zou ik er niet zijn, dan was God niet God”). Van Calvijn is een mooie preek opgenomen over het geluk van de mens („De wereld is niet meer dan een doorgaansplaats naar onze ware rust”) en over de eer van God (met de hoogmoed als het grootste kwaad in de mens).
We lezen een indrukwekkende preek van John Donne ”Tweekamp met de dood” („Niets was vrijer, vrijwilliger, vreugdevoller dan de dood van Christus”). John Henry Newman spreekt over Gods wil als het doel van ons leven. Spurgeon zet de waarde en kracht van Gods Woord uiteen, Kuyper spreekt over ”De vloek van het verstand” (een waarschuwing tegen het „dorre leer- en denkgeraamte” binnen de kerk).
Na een preek van Christoph Blumhardt („Sterf, dan zal Jezus leven”) volgt een preek van Albert Schweitzer over de zending (navolging van Christus is volgens hem de enige ware beschaving) en de eerbied voor het leven, een bekend thema in Schweitzers werk.
Vervolgens komen we in de twintigste eeuw bij Kaj Munk, Barth, Bonhoeffer, Tillich, Bultmann. Bij deze laatste zien we de contouren van de moderne theologie duidelijk zichtbaar worden, zoals ten aanzien van wonderen („een vroom verzinsel” volgens Bultmann). De bundel besluit met moderne teksten van Dorothee Sölle, Huub Oosterhuis en Nico ter Linden.
De bundel werpt het licht op een belangrijk fenomeen in de christelijke traditie: de preek. Er is uitgerekend dat er jaarlijks in Nederland ongeveer 300.000 preken gehouden worden; hoeveel zullen dat in al die eeuwen en over de gehele wereld zijn geweest. Daarom is de kennismaking met deze dwarsdoorsnede, die de bundel eigenlijk is, interessant.
Eigengekozen teksten
In de bundel ”Teksten van mijn leven” kiezen theologen van diverse pluimage teksten uit de christelijke traditie die hen inspireerden waarbij zij hun keuze ook motiveren. Het gezelschap bestaat (met weglating van titels) uit Herman Andriessen, Ilse Bulhof, Gijs Dingemans, Maarten den Dulk, Huub Ernst, Maria de Groot, Niek Schuman en Theo Zweerman.
Veel teksten zijn met recht klassiek te noemen, zoals de Belijdenissen van Augustinus, de Institutie van Calvijn en de Gedachten van Pascal. De inleiders vertellen ook hoe zij persoonlijk het geloof hebben ervaren. Ilse Bulhof groeide bijvoorbeeld niet op in een religieus of kerkelijk milieu maar trad later toe tot de Rooms-Katholieke Kerk.
Ook bewegen de keuzen zich soms buiten de confessionele grenzen. De theoloog prof. G. D. J. Dingemans, die zich laat inspireren door Bonhoeffer, Sölle en (procestheoloog) Cobb, vertelt hoe hij afscheid nam van het traditionele geloof van zijn jeugd, met name van het beeld van een almachtig God. God is voor hem niet langer een persoon, maar iets dat „wordt of werkt”; Christus geen mens geworden God, maar een mens in wie Gods Geest (een belangrijk aandachtsveld van Dingemans) op een unieke manier present was.
Impasse
De Leidse emeritus kerkelijk hoogleraar Den Dulk laat weten dat zijn gidsen vooral Karl Barth en Miskotte zijn. De laatste hielp hem uit de impasse tussen enerzijds de historisch-kritische Bijbelwetenschap en anderzijds de confessionele dogmatiek. De theologe Maria de Groot laat zich vooral inspireren door mystiek getoonzette teksten. Prof. Schuman kiest Miskotte en Egeria’s verslag van een pelgrimage naar het Heilige Land in de vierde eeuw na Christus. Bij de franciscaan Zweerman is er een selectie van Guardini, Fransiscus van Assisi, Levinaz, Pascal en Ricoeur.
Al met al twee bundels die inzicht geven in de rijkdom van de christelijke traditie maar die ook teksten bieden die op gespannen voet staan met de Schrift. Want preken is toch vooral uitleggen van de Schrift. Toch kan het geen kwaad om zich ook eens buiten de paden van de gereformeerde traditie te bewegen om te zien hoe de christelijke traditie zich heeft ontwikkeld. Want dat de christelijke kerk niet alleen katholiek maar ook veelkleurig is, laten deze bundels wel duidelijk zien.