Buitenland

Water van Rode Zee moet Dode Zee redden

JERUZALEM - Helemaal opdrogen zal de Dode Zee niet, maar als er niets gedaan wordt zal er weinig van overblijven. De enige oplossing is water naar de zee dragen. Dus wordt er straks water van de Rode Zee naar de Dode Zee overgeheveld.

Van onze correspondent
21 September 2007 22:45Gewijzigd op 14 November 2020 05:07
SODOM – Aan de zuidzijde van de Dode Zee. Foto Alfred Muller
SODOM – Aan de zuidzijde van de Dode Zee. Foto Alfred Muller

De Dode Zee is al de laagst gelegen zee ter wereld en nu zakt het waterpeil ook nog een keer steeds verder. In 1900 stond het water 390 meter beneden de zeespiegel, in 2000 was de stand gezakt naar minus 417. Het peil van het water in de Dode Zee daalt inmiddels 1 meter per jaar.Israël, de Palestijnse Autoriteit en Jordanië overwegen met de hulp van de Wereldbank een stelsel kanalen en buizen tussen de Rode Zee en de Dode Zee aan te leggen. Als alles doorgaat, zullen pompen straks 1600 miljoen kubieke meter water per jaar uit de Rode Zee opzuigen en via een leiding in de Dode Zee storten. De leiding moet lopen door de Arava, het gebied tussen de Rode Zee en de Dode Zee.

Dr. Clive Lipchin, directeur van het Arava Instituut voor Milieuonderzoek, vertelt dat het aangevoerde water aan de zuidzijde van de Dode Zee over een afstand van 400 meter naar beneden zal storten. Het neerstortende water zal de elektriciteit opwekken die onder meer nodig is voor een waterkrachtcentrale. Deze maakt van ongeveer de helft van de hoeveelheid drinkwater en loodst de andere helft naar de Dode Zee. In het water dat bestemd is voor de Dode Zee bevindt zich een zeer hoge concentratie zout.

Het meeste drinkwater -namelijk 570 miljoen kubieke meter per jaar- zal straks naar Jordanië gaan, waar een urgent waterprobleem is ontstaan. De overige 270 miljoen kubieke meters zijn bestemd voor Israël en de Palestijnen. Behalve schoon water en stijging van de zeespiegel levert het project ook een politiek voordeeltje op: de Arabische wereld krijgt te zien dat de vrede tussen Jordanië en Israël iets concreets en positiefs oplevert.

Of het allemaal zal lukken is de vraag. De Wereldbank wil op verzoek van de drie deelnemende partijen een studieprogramma lanceren. Twee studies dienen te worden verricht door twee verschillende onderzoeksbureaus. De eerste studie betreft een onderzoek naar de haalbaarheid. Deze moet de technologische, economische, financiële, ecologische en sociale consequenties onderzoeken. De tweede studie betreft een onderzoek naar potentiële invloeden op milieu en maatschappij.

Lipchin wijst erop dat critici vandaag al vermoeden dat de invloed negatief zal zijn. Ze stellen dat het helemaal niet zeker is of het zoute water van de Dode Zee en het nog veel zoutere afvalwater van de waterwincentrale zich goed met elkaar zullen mengen. Het kan zijn dat het zoute water uit de waterkrachtcentrale boven op het oorspronkelijke water gaat drijven. De chemicaliën kunnen ook de samenstelling van het water veranderen. Dat kan weer grote gevolgen hebben voor de kuuroorden in Sodom en voor een bedrijf dat aan de zuidkant van de Dode Zee onder meer potas, bromide, magnesium en zouten uit het water haalt.

Ook is het niet zeker wat de gevolgen zullen zijn voor de Golf van Akaba. Dat is de uitloper van de Rode Zee waaraan Israël, Jordanië, Egypte en Saudi-Arabië grenzen. De koralen lopen nu al gevaar door intensief gebruik van het gebied voor toerisme en industrie. Critici zeggen voorts dat aardbevingen of aanslagen de aanvoerleiding kunnen beschadigen. De lekkages zullen de grond vervuilen met zeewater en de landbouw in gevaar brengen.

Milieugroepen zeggen dat de Wereldbank niet alleen een studie dient te verrichten naar het kanaal tussen de Dode Zee en de Rode Zee, maar eveneens mogelijke alternatieven moet onderzoeken. De organisatie Friends of the Earth Middle East stelt dat de betrokken landen het waterverbruik terug kunnen dringen. Van de belangrijkste toevoerrivier, de Jordaan, wordt volgens deze organisatie 95 procent afgetapt. Door de waterprijs voor de landbouw te verhogen en geen waterverslindende producten als tropisch fruit meer te verbouwen kan een aanzienlijk deel van het Jordaanwater worden gered.

Lipchin is het ecologisch gezien met de milieugroepen eens. „Maar de vraag is of dat haalbaar is. Mijn mening is dat bijna onmogelijk is. Waar moet de 1000 miljoen kubieke meter vandaan komen? Alle landen, Israël, Jordanië en de Palestijnen, moeten opnieuw nadenken over hun waterpolitiek.”

De twee studies zullen naar verwachting twee jaar in beslag nemen. Als blijkt dat het project uitvoerbaar is, zal de Wereldbank 5 tot 10 miljard dollar proberen te werven om het watertransportproject uit te voeren. De aanleg zelf zal nog drie tot vijf jaar duren. Ondertussen blijft de waterstand in de unieke binnenzee verder zakken.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer