Economie

Op platte schoenen over de werf

KINDERDIJK - De scheepsbouw in Nederland is weer helemaal terug. Met minister Van der Hoeven als enthousiaste ambassadeur.

Riekelt Pasterkamp
28 August 2007 10:51Gewijzigd op 14 November 2020 05:03
KINDERDIJK – Minister Van der Hoeven van Economische Zaken en Goof Hamers, president directeur van IHC Holland Merwede, op de loopbrug van de Brabo na een bezoek aan de eenmansbrug van de sleephopperzuiger. Van der Hoeven bracht gisteren een werkbezoek aa
KINDERDIJK – Minister Van der Hoeven van Economische Zaken en Goof Hamers, president directeur van IHC Holland Merwede, op de loopbrug van de Brabo na een bezoek aan de eenmansbrug van de sleephopperzuiger. Van der Hoeven bracht gisteren een werkbezoek aa

Op platte schoenen -„dat hadden ze gezegd”- arriveerde Van der Hoeven maandagmiddag bij de werf van IHC Holland Merwede in Kinderdijk.Het was haar derde bezoek aan de scheepsbouwsector in vier maanden. In juli was de minister van Economische Zaken bij Keppel Verolme in de Rotterdamse Botlek en eind april was ze te gast bij scheepswerf Damen in Gorinchem.

De bezoeken zijn in het kader van het Maritiem Innovatie Programma. Vlak voor de zomer stelde de minister bijna 40 miljoen euro beschikbaar voor dit programma, waarmee de internationale positie van de Nederlandse maritieme sector verder moet worden verstevigd.

„Heren, even voor de duidelijkheid, vandaag kom ik niet met geld”, zei ze gisteren tegen het gezelschap van voornamelijk mannen dat haar over de scheepswerf in Kinderdijk rondleidde.

Dat hoeft wat IHC betreft ook niet. De werf staat stevig op eigen benen en heeft een orderportefeuille om jaloers op te zijn. De omzet groeit als kool, van ruim 400 miljoen euro vorig jaar naar ruim 750 miljoen dit jaar. Volgens topman Goof Hamers komt de 1 miljard euro in zicht.

IHC Holland Merwede bouwt complexe baggerschepen en offshorewerkschepen. „In de bagger zijn we wereldmarktleider en in de offshore toonaangevend”, wist Hamers de minister te vertellen. Hoe uniek bent u eigenlijk, wilde Van der Hoeven weten. „Redelijk uniek”, zei Hamers.

Door zich tijdig te specialiseren, wist IHC het hoofd boven water te houden. Concurrentie van lagelonenlanden is er nauwelijks. „Bovendien leveren wij betere schepen.”

De onderneming, met grote werven in Kinderdijk, Sliedrecht, Hardinxveld-Giessendam en Krimpen aan den IJssel, moest vorig jaar 400 nieuwe personeelsleden aannemen. Hamers verwacht voor dit jaar eenzelfde aantal.

De minister was geïnteresseerd in de manier waarop IHC Holland Merwede -met 3000 werknemers in dienst op bedrijfslocaties in binnen- en buitenland, van wie ongeveer 2000 in vaste dienst- nieuwe werknemers werft en opleidt. De wervengroep heeft trainingscentra in Hardinxveld-Giessendam en Kinderdijk en biedt de hogere functies een eigen managementopleiding.

Hamers: „Het gaat goed in de scheepsbouw, er is de komende jaren veel werk. Dat biedt iedereen veel kansen.” Tegelijk loopt de scheepsbouwer tegen de grenzen van het succes aan. „Het is lastig om nog geschikte plekken te vinden om schepen te bouwen. In Nederland is niets meer. Dus kijken we naar werven in het buitenland, Oost-Europa bijvoorbeeld.”

Van der Hoeven stak haar bewondering niet onder stoelen of banken. Zeker niet toen ze aan de afbouwkade naar de brug van de sleephopperzuiger Brabo was geklommen.

Het schip voor de Belgische baggeraar Deme wordt straks door één man bestuurd en bediend. Volgens IHC is dat veiliger, omdat er minder kans is op miscommunicatie. Maar de romantiek van weleer is verdwenen. „Je hebt geen mensen meer nodig die het baggeren aan hun theewater aanvoelen.”

Voor de minister van Economische Zaken is duidelijk dat na het debacle met het Rijn-Schelde-Verolmeconcern de sector weer helemaal terug is. „Ze hebben iets om trots op te zijn. Daarbij maakt de scheepsbouw gebruik van nieuwe technieken. Door te innoveren behoudt hij zijn voorsprong. Voor de Nederlandse economie is de scheepsbouw van groot belang. Hij heeft iets te bieden dat op wereldschaal uniek is.”

Er blijft voor Van der Hoeven weinig te wensen over. Alhoewel? Vlak voordat ze in haar dienstauto stapt, zegt ze: „Voor het einde van deze kabinetsperiode heb ik een schip gedoopt.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer