Het persbureau meldde verder dat het extreme noodweer tot aanzienlijk geringere oogsten leidt. De voor Noord-Koreaanse begrippen gedetailleerde berichtgeving over het noodweer en de gevolgen daarvan voor de bevolking suggereert dat de machthebbers in Pyongyang de wanhoop nabij zijn en dringend buitenlandse hulp nodig hebben.Het noodweer heeft meer dan 11 procent van de rijst- en graanvelden verwoest, aldus de door het staatspersbureau geciteerde minister van Landbouw, Ri Jae Hyon. „De schade aan de oogst is ernstiger dan voorgaande keren.” De neerslag rond de rivier de Taedong is volgens het persbureau de zwaarste die de meteorologische dienst ooit heeft gemeten. Een grote landbouwopbrengst is onwaarschijnlijk na de onophoudelijke regenval in de voor de groei van gewassen belangrijkste tijd van het jaar, voegde het eraan toe.

Dinsdag werd al bekend dat het noodweer heeft geleid tot zeker 200 doden en vermisten. Voorts werd gemeld dat Noord-Korea ten minste een jaar problemen zou ondervinden bij het voeden van zijn bevolking. De Noord-Koreaanse autoriteiten meldden dinsdag dat er 30.000 huizen zijn verwoest en dat er tienduizenden hectaren bouwland zijn ondergelopen. Verder heeft de zware regenval, die een week geleden begon en niet meer is opgehouden, wegen, spoorwegen en bruggen vernield en geleid tot uitval van elektriciteit en communicatie. De provincie Kangwon is het zwaarst getroffen, maar er is ook schade in de hoofdstad Pyongyang.

Volgens het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties (WFP) zal de schade aan de landbouwgrond leiden tot een verlies van naar schatting 450.000 ton gewassen. Dat is ongeveer een kwart van de 2 miljoen ton landbouwproducten die verloren gingen bij overstromingen in 1995, die het begin van de hongersnood inluidden, aldus het WFP.

Op beelden van AP Television News was te zien dat burgers woensdag bezig waren wegen te herstellen, puin te ruimen en zandzakken op te werpen in getroffen gebieden even buiten Pyongyang. Ook waren beelden te zien van vervaarlijk hellende elektriciteitsmasten en een boerderij die door het regenwater van een heuvel leek te zijn afgespoeld. Een ambtenaar in de provincie Zuid Phyongan zei dat de regens in het hele land veel schade hebben aangericht en zei dat hij dankbaar zou zijn voor buitenlandse hulp. Hij zei dat vooral aan rijst, cement, medicijnen en andere dagelijkse benodigdheden veel behoefte is.