Een eerste serie tests op een boerderij bij Dorking, net buiten de zone die is ingesteld na de uitbraak in Surrey, in het zuiden van Engeland, heeft uitgewezen dat er sprake was van loos alarm, aldus het Britse ministerie van Landbouw.„De resultaten bleken negatief”, aldus het hoofd van de veterinaire dienst, Debbie Reynolds. Een tweede serie onderzoeken in het laboratorium moet definitief uitsluitsel geven.

Rond de boerderij bij Dorking was een nieuwe surveillancezone met een straal van 3 kilometer ingesteld. Het bedrijf ligt slechts enkele kilometers van het laboratoriumcomplex dat volgens voorlopig onderzoek zeer waarschijnlijk de bron is van twee MKZ-besmettingen in de regio. Het vee op de besmette boerderijen is afgemaakt.

De boer bij Dorking had alarm geslagen omdat een aantal van zijn kalveren griepverschijnselen vertoonde. Vrijdag zei hij tijdens een persconferentie dat de dieren er al weer beter uitzien en dat hij zeker weet dat ze niets mankeren.

Op de ruim 150 veebedrijven die de afgelopen week in Nederland zijn gecontroleerd op mond-en-klauwzeer is geen spoor gevonden van deze dierziekte. Het zaterdag ingestelde vervoersverbod wordt dan ook versoepeld, maakte het ministerie van Landbouw vrijdag bekend.

Begin augustus werd mond-en-klauwzeer vastgesteld op een boerderij in Groot-Brittannië. Toen vonden de laatste transporten van levend vee uit Engeland naar Nederland plaats. Vier weken na deze transporten zou duidelijk moeten zijn of deze dieren het virus hebben of niet.

LTO is blij dat koeien en varkens weer mogen worden vervoerd. Op weg naar het slachthuis mogen varkens en runderen naar een erkend verzamelcentrum worden gebracht. Geiten en schapen moeten nog steeds rechtstreeks naar het slachthuis.

Landbouworganisatie LTO zal de Britse collega’s steunen als die een schadeclaim indienen tegen de veroorzaker van de uitbraak van mond-en-klauwzeer. LTO hoopt dat de veehouderij zo de kosten terugziet die gepaard gaan met de maatregelen om verspreiding van het MKZ-virus tegen te gaan.

De organisatie wijst erop dat de landbouwers via het Diergezondheidsfonds direct meebetalen aan de maatregelen die in opdracht van de Nederlandse overheid worden uitgevoerd.

Voorzitter Albert Jan Maat zegt dat nog niet is te overzien hoe hoog de kosten zijn waarmee de sector wordt geconfronteerd. „De crisis is immers nog niet bezworen. Vaststaat dat de directe schade in de miljoenen euro’s loopt. Met een eventuele claim aan het adres van de veroorzaker van deze crisis geeft de sector een duidelijk signaal af: Wie verzaakt die betaalt.”

Inmiddels wordt ervan uitgegaan dat een laboratorium in Surrey de besmettingsbron is geweest. Het onderzoek naar de uitbraak richt zich op de vraag of het virus afkomstig is van het overheidsinstituut dat gebruikmaakt van het lab, of van het bedrijf Merial Animal Health, dat er ook is gevestigd. Beide werken met MKZ-virussen. Tweede vraag is of het virus per ongeluk of opzettelijk is verspreid.