Sarkozy wekt irritatie
Amper twee maanden woont Nicolas Sarkozy in het Elyséepaleis, maar de huidige Franse president heeft de buitenwacht al volop doen kennismaken met zijn ambities en dadendrang. Hij wil zijn land weer in een dominante positie manoeuvreren en eist persoonlijk roem en eer op.
Dat laatste gebeurde bijvoorbeeld in juni bij het moeilijke overleg over een nieuw EU-verdrag. Hij presenteerde zichzelf na afloop als redder van de cruciale top door te wijzen op zijn belangrijke bijdrage tot de pogingen in de eindfase om Polen binnenboord te houden. Vorige week trok hij het initiatief naar zich toe in de ontwikkelingen met Libië rond de vrijlating van de Bulgaarse verpleegkundigen en een Palestijnse arts. Hij stuurde zelfs zijn vrouw op missie naar het Noord-Afrikaanse land. Het blijft onduidelijk wat hem daarbij bewoog. Was het enkel bedoeld als een publiciteitsstunt?Zelf reisde hij kort erna eveneens naar Tripoli. Hij zegde Gaddafi de levering toe van een kernreactor, en vooral dat roept in Duitsland kritiek en irritatie op. Zijn solistisch optreden wordt hem daar niet in dank afgenomen. De vraag rijst waarom hij op een zo gevoelig terrein opereerde zonder afstemming binnen de EU. Dat past in ieder geval niet bij het streven naar een gemeenschappelijke benadering in de sfeer van de externe betrekkingen. Een meer zorgvuldige afweging, met betrokkenheid van alle lidstaten, zou op haar plaats zijn geweest.
De Libische leider geniet een uiterst bedenkelijke reputatie als het gaat om terrorisme, democratie en mensenrechten. De verhalen die ex-gevangenen naar buiten brengen over de martelingen die zij ondergingen, getuigen daar nog eens van. Zo iemand ga je niet meteen belonen met de bouw van een atoomcentrale. Voor je het weet zadel je de wereld in de toekomst op met eenzelfde nucleair probleem als waarvoor vandaag de dag Iran zorgt. Maar ja, overwegingen van zakelijke aard hebben bij Sarkozy waarschijnlijk de doorslag gegeven voor zijn handelen. Libië is rijk aan olie en we weten dat die grondstof een factor van betekenis vormt binnen het internationale politieke krachtenveld.
De president heeft al vaker menigeen in de EU de wenkbrauwen doen fronsen. Zo plaatst hij bij herhaling kanttekeningen bij de onafhankelijkheid van de Europese Centrale Bank (ECB). Tijdens de top in juni verraste hij toen opeens het bericht kwam dat hij erin geslaagd was een streep te halen door een formulering in het beoogde verdrag over een vrije, onbelemmerde concurrentie. We herkennen er de oude, bekende Franse reflexen in die een hang illustreren naar een politieke beïnvloeding van het monetaire beleid en naar een zeker protectionisme ter bescherming van de gevestigde belangen binnen de nationale economie.
Verder liet hij weten dat hij de EU-afspraak uit de periode voor zijn verkiezing om in 2010 evenwicht te bereiken op de overheidsbegroting, aan zijn laars lapt. Hij verschuift de streefdatum op eigen houtje naar 2012.
En dan de onderhandelingen over toetreding van Turkije. Sarkozy benadrukt voortdurend dat hij een volwaardig lidmaatschap van de moslimnatie niet ziet zitten. Die visie druist in tegen de officiële lijn van de EU. Soms meen je te proeven dat hij als het ware staat te trappelen om die zaak aan de orde te stellen.
Gelet op de vermelde potentiële conflictstof zal het niet verbazen als het vroeg of laat binnen de Unie tot een fikse botsing komt. Hij belooft geen gemakkelijke partner te worden.
Bondskanselier Merkel heeft geleidelijk aan het leiderschap verworven binnen de kring van Europese regeringsaanvoerders. Zij speelde bij voorname dossiers een succesvolle regisserende en bemiddelende rol. Thans dringt het beeld zich op dat Sarkozy met haar op dit punt de rivaliteit zoekt.