Opinie

Integreer fiscale spaarregelingen

De levensloopregeling moet worden uitgebouwd tot één geïntegreerde spaarmogelijkheid voor inkomensderving in zowel de actieve als de postactieve fase van het leven, schrijven P. J. Conneman en A. L. Bovenberg . Dit voorkomt verkokering en heft de kunstmatige scheiding op tussen 65-min en 65-plus.

31 July 2007 07:32Gewijzigd op 14 November 2020 04:58

In het regeerakkoord staat een aantal voornemens om de levensloopregeling verder uit te breiden. Zo zal in overleg met sociale partners worden besloten of het spaarloon met de levensloopregeling kan worden geïntegreerd en of de regeling ook voor zelfstandigen kan worden opengesteld. Ook moeten de opgebouwde spaarsaldi kunnen worden gebruikt bij de start van een eigen bedrijf of tijdens een periode van werkloosheid tussen twee banen. En ten slotte wil de regering het gebruik van de levensloopregeling meer richten op deeltijdpensioen.Wij hebben recentelijk een aantal voorstellen gedaan op welke wijze deze regeringsvoornemens kunnen worden gerealiseerd. Wij gaan zelfs nog een stapje verder en bepleiten een zodanig ruimer opgezette levensloopregeling dat deze uitgroeit tot één robuuste spaarfaciliteit die kan worden gebruikt in periodes waarin het inkomen om een of andere reden is teruggelopen. Daarbij blijven, net als nu al het geval is, de stortingen in de levensloopregeling fiscaal aftrekbaar en worden de opnames belast.

Stappen
De weg naar zo’n spaarmogelijkheid bestaat uit een aantal stappen. Allereerst moeten de spaarloonregeling en de levensloopregeling geïntegreerd worden. Daarbij blijven de huidige fiscale voordelen van de spaarloonregeling behouden. Dat wil zeggen dat de werknemers na vier jaar een bedrag van maximaal ruim 600 euro belastingvrij en bestedingsvrij kunnen opnemen. Voor dit bedrag geldt dus niet dat het alleen maar mag worden gebruikt om periodes van verlof te financieren.

Een volgende stap is dat de spaarsaldi ook ná het bereiken van de leeftijd van 65 jaar kunnen worden benut. In de huidige regeling moet het saldo vóór die tijd worden afgebouwd. Dit stimuleert mensen om een eventueel aanwezig spaarsaldo te gebruiken om eerder te stoppen met werken. Door het wegnemen van de kunstmatige scheiding tussen 65-min en 65-plus kan de overgang van de actieve naar de postactieve fase van het leven geleidelijker verlopen en wordt deeltijdpensioen aantrekkelijker.

Hierna kan de levensloopregeling verder worden uitgebreid naar een soort spaarverzekering voor inkomensderving voor niet alleen werknemers, maar ook zelfstandigen. Met deze uitbreiding kan ook de start van een eigen bedrijf worden gerealiseerd of een periode tussen twee banen worden overbrugd. Verder wordt ook demotie een erkend bestedingsdoel en kan het levensloopsaldo worden aangewend als aanvulling op een socialezekerheidsuitkering gedurende periodes van werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. De levensloop mag dan worden gebruikt om het inkomen aan te vullen tot 100 procent van het inkomen voorafgaande aan de omstandigheid die tot de inkomensderving leidde.

Fiscale regels
Een dergelijke uitbreiding van deelname- en opnamemogelijkheden vereist dat de fiscale regels rond de levensloopregeling niet alleen in de loonbelasting, maar ook in de inkomstenbelasting worden vastgelegd. Dit heeft tevens tot gevolg dat dan ook onregelmatige stortingen mogelijk worden, afhankelijk van de beschikbaarheid van middelen. Spaarders worden dus niet van tevoren verplicht zich vast te leggen op periodieke stortingen uit het loon. De banken en verzekeraars krijgen een centrale plaats bij de uitvoering van de levensloopregeling. Zij houden loonbelasting in op de uitkeringen. De Belastingdienst gaat controleren of de fiscale voorschriften die gelden voor de stortingen en de opnames wel in acht zijn genomen. Als deze worden overtreden, volgen maatregelen in de inkomstenbelasting. Te denken valt aan een navordering met boete en revisierente.

De laatste stap in de uitbouw naar een robuuste spaarregeling is de integratie van het levensloopregime met het lijfrenteregime. Levensloop en lijfrente worden als het ware in elkaar geschoven. Eigenlijk is dit een logisch vervolg op de eerdere stap waarbij het mogelijk werd gemaakt het levensloopsaldo ook na de 65-jarige leeftijd te gebruiken. Bij deze integratie wordt bovendien het thans in het parlement besproken ”lijfrentebanksparen” betrokken. Eén geïntegreerde spaarmogelijkheid voor inkomensderving in zowel de actieve als de postactieve fase van het leven voorkomt verkokering en neemt de kunstmatige scheiding tussen 65-min en 65-plus weg.

De auteurs zijn respectievelijk principal bij Mercer Human Resource Consulting en hoogleraar economie aan de Universiteit van Tilburg en directeur van Netspar.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer