Het loon van de portier en de directeur
Betaal ik mijn redacteuren wel een marktconform salaris? Hoe ontwikkelen de lonen en de arbeidsvoorwaarden zich in Nederland? Een werkgever en een overheid die zich dit afvragen, kunnen nu het antwoord vinden in een lijvige ordner of op een handige cd-rom.
Accountantsbedrijf Deloitte & Touche en salarisverwerker ADP Nederland voerden voor de zesde keer het jaarlijkse Nationaal Beloningsonderzoek uit. Van meer dan 800 ondernemingen en non-profitorganisaties zijn gegevens over de arbeidsvoorwaarden van meer dan 10.000 functies -„van portier tot directeur”- verzameld over de maanden maart tot en met juli.
Het Nationaal Beloningsonderzoek richtte zich op onder meer de ontwikkeling van de brutolonen, de krapte van de arbeidsmarkt, prestatiegericht belonen en personeelsvoorzieningen als kinderopvang. Uit de gegevens zijn conclusies getrokken en is gekeken naar trends.
Onderzoeker Peter Paul Kamerbeek van Deloitte & Touche noemt de achtergrond van het onderzoek dit jaar bijzonder. „De toename van de brutolonen is veel lager dan in voorgaande jaren, maar toch nog altijd ruim 4,8 procent, tegen 7,5 procent in 2001. En dat is wel bijzonder in een teruglopende economie. Nog steeds overtreft de feitelijke loonstijging de verwachte met zo’n 0,5 procent. Voor 2003 is de verwachte groei van de lonen 3,4 procent. Het is interessant om straks te zien of de werkelijke er nog boven ligt of eronderuit komt.” Volgens Kamerbeek zijn de stijgingen bij bedrijven en overheid ongeveer even hoog.
Chauffeurs krijgen er het minst bij. Hun loon neemt met 2,7 procent toe. Assistent-boekhouders zien het daarentegen met niet minder dan 6,9 procent groeien. „Of er enig verband met de boekhoudschandalen bij Enron en WorldCom is, blijkt niet uit het onderzoek. Boekhouders zijn in de huidige economische omstandigheden hard nodig en ze zijn nog steeds schaars.”
En de directie? Riante bonussen en optieregelingen? Exorbitante zelfverrijking? De topmannen van grotere nationale bedrijven zagen in 2001 hun brutoloon met ruim 7 procent toenemen en in 2002 met 4,6 procent. Dat wijkt dus niet af van andere, lagere functies. De topmanagers van de echte multinationals komen echter in het onderzoek niet voor.
Opvallend in de onderzoeksresultaten is dat, ondanks oplopende werkloosheid, een derde van de organisaties en bedrijven zegt nog steeds moeilijk aan personeel te kunnen komen. Veel werkgevers overwegen dan ook werknemers naar zich toe te lokken met betere beloningen.
Functies verdwijnen -„de kassier komt door automatisering niet meer voor”- en andere komen. „Vier jaar geleden hadden we nog geen webmasters.” Van andere beroepen waren er voorheen te weinig gegevens om betrouwbare uitspraken te kunnen doen. „In zo’n geval moeten we die functies gewoon weglaten. Maar met het groeien van het aantal deelnemende organisaties neemt ook het aantal beroepen toe, waarvan we kunnen aangeven welke arbeidsvoorwaarden ’normaal’ zijn.” Voor het eerst dit jaar is de redacteur vertegenwoordigd in het rapport.
„Bekend is het voorbeeld van de vertegenwoordiger die wordt beloond overeenkomstig de omzet die hij maakt. Die man doet dus niets anders dan verkopen. En de administratie en de verkoopafdeling maar zwoegen om al die orders te verwerken. Ze raken er allemaal overspannen van.” Wil een bedrijf op die manier naar prestaties belonen, dan moet het een bonussysteem voor de vertegenwoordiger en ook voor de betrokken afdelingen in het kantoor maken, volgens beloningsonderzoeker Kamerbeek. Overigens stabiliseert de groei van prestatiebelonen zich.
Personeelsvoorzieningen als kinderopvang, een sabbatsverlof en de fiets van de zaak nemen dit jaar licht toe. Vooral in de non-profitsector zijn dergelijke arbeidsvoorwaarden goed geregeld. „De deelname van overheidsinstellingen aan ons onderzoek neemt toe. Daaruit leiden we af dat ze meer concurrerend in hun beloning met de marktsector willen zijn.”