Vriendin Volkert van der G. vrij
Petra L., de vriendin van de vermoedelijke moordenaar van Pim Fortuyn, Volkert van der G., is sinds vrijdagmiddag weer op vrije voeten. De rechter-commissaris zag geen gronden de vrouw nog langer vast te houden, aldus een woordvoerster van de rechtbank.
L. is dinsdag gearresteerd, op verdenking van het plegen van voorbereidingshandelingen voor brandstichting of het veroorzaken van een ontploffing. Donderdag besloot het openbaar ministerie de vrouw voor te geleiden aan de rechter-commissaris (rc), met een vordering tot inbewaringstelling. Het OM laat bij monde van persofficier van justitie M. Bloos weten dat de rc het voornaamste argument om L. vast te houden -onderzoeksbelang- onvoldoende heeft gevonden. „Dat is jammer”, aldus Bloos. De beslissing van de rc doet aan de verdenking die het OM jegens L. koestert niets af. „Het onderzoek gaat voort”, zegt Bloos. Het OM kan tegen de beslissing in beroep en beraadt zich daarop. Naar verwachting zal het OM maandag of dinsdag hierover een besluit nemen.
De politie arresteerde L. dinsdag op haar werk. Zowel haar advocaat, E. van Gils, als de raadslieden van haar partner menen dat de arrestatie een poging van justitie is om Volkert van der G. onder druk te zetten en hem op die manier tot het afleggen van een verklaring te dwingen. Persofficier Bloos sprak die „speculaties” vrijdag tegen.
Advocaat Van Gils is tevreden met de vrijlating. Hij meent nog steeds dat de aanhouding van L. een middel van justitie is geweest om haar partner aan het praten te krijgen. L. kan nu weer herenigd worden met het kind dat zij samen met Van der G. heeft. B. Böhler, een van de advocaten van Van der G., wilde vrijdag niet reageren op de vrijlating van de partner van haar cliënt.
Van der G. heeft tot dusver gezwegen en is sinds 12 juli in hongerstaking, uit protest tegen zijn omstandigheden in gevangenschap. Hij ageert met name tegen het permanente toezicht in zijn cel met behulp van infraroodcamera’s. Nadat de Commissie van Toezicht van het huis van bewaring Demersluis (onderdeel van de Bijlmerbajes in Amsterdam) het toezicht had goedgekeurd, gingen Van der G.’s advocaten tegen die beslissing in beroep bij de Raad voor Strafrechtstoepassing. De raad moet nog uitspraak doen.
Minister Donner (Justitie) acht het wel degelijk mogelijk om hongerstakende gedetineerden onder dwang voedsel toe te dienen. Donner toonde zich vrijdag na het wekelijks kabinetsberaad „verbaasd” over uitlatingen eerder deze week van H. Kingma, inspecteur-generaal van de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Kingma stelt dat artsen hieraan niet mogen meewerken.
Volgens Kingma druist dat in tegen de regels. Hij baseert zich op een circulaire uit 1985 waarin staat dat het besluit van een hongerstaker gerespecteerd moet worden. Donner ziet echter een mogelijkheid in de Penitentiaire Beginselenwet (PBw) van na 1985. Volgens die wet kan een gedetineerde verplicht worden een geneeskundige behandeling te ondergaan. Het toedienen van vocht of voeding valt onder die regel, meent de CDA-bewindsman.
Ook het bestuur van de Landelijke Vereniging voor Penitentiaire Geneeskunde (LPG) vindt dat haar leden niet moeten meewerken aan dwangvoeding. „Ons bestuur is ertegen dat een medicus zich bemoeit met dwangvoeding. Het gaat in tegen de beroepscode”, aldus LPG-secretaris J. de Boer.
De vereniging heeft contact gehad met de medisch adviseur op het ministerie van Justitie, Van der Heide. Die is het in tegenstelling tot minister Donner met de LPG eens. De Boer: „Donner is geen medicus, en hij heeft andere belangen.”
Inmiddels heeft ook de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunde (KNMG) zich tegen dwangvoeding gekeerd. De organisatie gaf artsen in Nederland vrijdag het „zwaarwegende advies” niet mee te werken aan dwangvoeding van wilsbekwame gedetineerden. De KNMG gaat uit van het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt. Patiënten moeten ook onder alle omstandigheden vertrouwen in hun arts kunnen stellen, oordeelt de organisatie.