DEN HAAG - De Nederlandse economie is vorig jaar sterk teruggevallen. De economische groei van 1,3 procent in 2001 was de laagste sinds 1993. De koopkracht van de huishoudens verbeterde zich daarentegen opvallend met een stijging van 4,4 procent. Het extra geld is vooral gebruikt om te sparen.Dit bleek vrijdagmorgen bij de presentatie van de resultaten van de Nederlandse economie in 2001 door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Volgens plaatsvervangend directeur W. van Nunspeet van het CBS was 2001 een omslagjaar.

Na zeven jaren van behoorlijke groei deed er zich vorig jaar een kentering voor. De economische groei daalde van 3,3 procent in 2000 naar 1,3 procent in 2001. Nederland bleef hiermee zelfs achter bij de gemiddelde groei in de Europese Unie van 1,7 procent. „We zitten nu duidelijk in een mindere periode”, aldus Van Nunspeet. In de eerste helft van 2002 daalde de groei verder tot net boven de nullijn.

Drie belangrijke motors van de economie haperden vorig jaar. De export, die in 2000 nog de grootste bijdrage aan de economische groei leverde, nam in 2001 slechts een bescheiden deel voor zijn rekening. In 2000 nam de export nog met 10,9 procent toe, maar vorig jaar daalde deze stijging tot 1,7 procent.

Ook de consumptiegroei van de huishoudens vertraagde. In 2000 stegen de uitgaven van de huishoudens met 3,6 procent, maar vorig jaar nam dit af tot 1,2 procent. Hier tegenover staat dat de koopkracht sterk verbeterde met 4,4 procent. Nooit eerder heeft zich zo’n stijging voorgedaan in één jaar. De toename van de koopkracht komt voornamelijk door het nieuwe belastingstelsel en de loonstijgingen in 2001. Mensen met een salaris gingen er vorig jaar meer dan 5 procent op vooruit en uitkeringsgerechtigden 2,6 procent. Mensen met een pensioen gingen er minder dan 2 procent op vooruit.

De grote stijging van de koopkracht leidde echter niet tot een sterke groei van de consumptie. „Het is heel opvallend dat het geld niet is besteed”, aldus Van Nunspeet. „Het geld is vooral gebruikt om te sparen.” Als oorzaken wees hij op het gedaalde consumentenvertrouwen en de behoefte om een zeker vermogen achter de hand te hebben in het geval van problemen.

De investeringen van het bedrijfsleven, de derde motor van de economie, bleven vorig jaar eveneens sterk achter. Voor het eerst sinds 1993 daalden ze zelfs. In de eerste helft van dit jaar wordt er zelfs minder geïnvesteerd dan vorig jaar.

De overheid ontwikkelde zich vorig jaar als aanjager van de economie. Zowel de investeringen als de consumptie lieten een groei zien. Hierdoor namen de overheidsbestedingen de helft van de economische groei voor hun rekening.

Ondanks de daling van de economische groei bleef de werkgelegenheid stabiel. Wel was er sprake van een afname van de arbeidsproductiviteit.

De inflatie steeg van 2,6 procent in 2000 naar 4,5 procent in 2001. Dit is de sterkste toename sinds 1982. Dit jaar is er een afname te zien. In augustus daalde de inflatie ten opzichte van juli met 0,2 procent tot 3,3 procent. Dit is de laagste waarde sinds januari 2001.