’Referenda EU–verdrag is risico voor Nederland’
AMSTERDAM (ANP) – Als in andere lidstaten van de Europese Unie referenda komen over het nieuwe Europese verdrag, kan dat wel eens slecht uitpakken voor Nederland. De kans bestaat dat de bevolking uit landen die eerst voor het grondwettelijk verdrag waren, nu tegen het zaterdag overeengekomen nieuwe verdrag stemmen, omdat dat op verzoek van Nederland minder Europees is geworden en het grondwettelijk karakter eruit is.
Dat opperde de Duitse staatssecretaris Peter Altmaier (Europese aangelegenheden) zondag in het tv–programma Buitenhof. Hij reageerde daarmee op de mogelijkheid dat in Nederland opnieuw een referendum komt, waar de oppositiepartijen SP en de PVV al op aandringen. Ook in andere landen kan die wens vervolgens ontstaan. Als een land tegen blijkt, heeft Europa volgens hem een groot probleem.Achttien landen hadden de in 2005 door Nederland en Frankrijk verworpen Europese grondwet al geratificeerd, de meesten overigens zonder dat er volksraadplegingen aan vooraf waren gegaan. Spanje en Luxemburg hielden die wel. Vooral in Spanje was de steun met ruim 76 procent enorm, juist vanwege de grondrechten die erin stonden. Op verzoek van Nederland is daar alleen een verwijzing naar gekomen. De zestien andere voorstanders van de afgedankte grondwet kregen de instemming van het parlement.
Staatssecretaris Frans Timmermans (Europese Zaken) is niet bang voor een nieuw referendum in Nederland. Het bevordert in ieder geval het debat over Europa, zei hij in het programma. Ook de eerste keer was er veel debat, hoewel er volgens hem toen ook veel onzin werd verkocht. Bij een nieuw referendum staat er wel meer op het spel, benadrukte Timmermans.
De bewindsman noemde het nieuwe verdrag een correctie, omdat er onder meer een duidelijker afbakening is tussen wat Brussel doet en wat Nederland doet. Het verdrag leidt volgens hem niet meer tot misverstanden zoals over Europese staatsvorming.
Het is overigens lang niet zeker of er weer een referendum komt. Het kabinet wil de tekst van het nieuwe verdrag eerst voorleggen aan de Raad van State. De Tweede Kamer kan ook besluiten een referendum te houden, net zoals zij de eerste keer deed. De coalitiepartijen en ook de meeste andere partijen willen echter het advies van de Raad van State afwachten.