„Ik hou van betrokken mensen”
Hij verruilt het onderwijs voor de zorg, maar vindt die stap helemaal niet zo onlogisch. „In beide sectoren werken heel betrokken mensen, voor wie ik graag iets wil betekenen.” Dat ’iets’ ziet dr. S. D. Post uit Gorinchem concreet voor zich. „Mensen die bewust voor een beroep kiezen, zijn een enorm sociaal kapitaal dat vaak te weinig wordt benut. Een organisatie aansturen, betekent voor mij dat je professionals zelf laat bepalen hoe ze hun werk willen doen.”
Steef Post (45) had tot nu toe z’n leven lang iets met het onderwijs. Hij was onderwijzer in Dinteloord en Kootwijkerbroek, leraar Nederlands in Amersfoort en Gorinchem, wetenschappelijk onderzoeksmedewerker aan de universiteit in Nijmegen en de laatste acht jaar conrector op de Gomarusscholengemeenschap in Gorinchem.
Vrijdagmiddag trekt Post de schooldeur na 25 jaar onderwijservaring definitief achter zich dicht. Hij is begonnen als regiomanager bij Eleos, de reformatorische instelling voor geestelijke gezondheidszorg. Hoewel zijn stap „heel wat verbazing” wekte, kwam die voor Post zelf niet onverwacht. „Ik liep al langer met het idee om iets totaal anders te gaan doen. Ik bedoel het niet denigrerend, maar na 25 jaar heb ik het wel gezien in het onderwijs. Ik vind in het algemeen dat je niet te lang hetzelfde werk moet blijven doen. Het is goed dat mensen na verloop van tijd opstappen en plaatsmaken voor anderen.”
Er is al zo’n personeelstekort in het onderwijs…
„Dat geldt voor de zorg niet minder. Wat dat betreft hoef ik mezelf niets te verwijten.”
Leidinggeven, beleid maken, nieuwe ideeën ontwikkelen, Post heeft er uitgesproken opvattingen over. „Er is vaak frictie tussen de logica van de directie en de logica van het personeel. Directies willen tellen, vergelijken, benoemen, noteren. Dat geeft ze het gevoel dat ze de zaak in de hand hebben. Mensen op de werkvloer hebben vaak heel andere ideeën. In het onderwijs wordt er een geweldige druk uitgeoefend op leraren over de manier waarop ze moeten lesgeven: 50 procent klassikaal, 50 procent de leerlingen vrijlaten. Waarom eigenlijk? De vakdocent weet zelf het best hoe hij moet lesgeven. Dat hoeft de directie hem niet voor te schrijven.”
Dat doet de overheid wel door onderwijsvernieuwingen zoals het studiehuis op te leggen.
„Het verbaast mij dat de reformatorische scholen al die vernieuwingen zo gretig omarmen. Ze zouden veel meer vanuit hun identiteit moeten bepalen wat ze wel en niet willen veranderen in hun onderwijs. Je moet als school principiële keuzes durven maken, ook als dat betekent dat je niet achter Zoetermeer aanholt. Dan maar een iets mindere inspectiebeoordeling.”
Geeft u eens een concreet voorbeeld.
„Leerlingen moeten leren samenwerken, discussiëren, presenteren. Prima, maar waarom moet elke leraar dat met ze oefenen? Als de leerlingen dat bij twee vakken leren, is het goed. Docenten moeten de ruimte krijgen om les te geven op de manier waar ze zelf in geloven. Op de Gomarus hebben we bij alle onderwijsvernieuwingen gezegd: We gaan niet verder dan er draagvlak is onder het personeel. Je moet alleen keuzes maken waar je zelf van overtuigd bent.”
Klinkt dat niet een beetje postmodernistisch? Zo van: Ik bepaal zelf wat goed is.
„Het is een kwestie van vertrouwen hebben in je medemens, in je personeel. Professionals -of het nu om het onderwijs gaat, de zorg of welke andere sector ook- hebben een enorme kennis en ervaring in huis. Maak daar gebruik van. Je kunt op school voor elke onderwijsvernieuwing externe deskundigen erbij halen, maar begin eens bij je eigen leraren. Laat ze zelf dingen ontwikkelen en aan elkaar presenteren. Laat ze bij elkaar in de klas kijken: collegiale consultatie. Dat levert gigantisch veel op.”
Hoe beoordeelt de directie of het personeel zijn werk goed doet?
„Op school op drie manieren: door te vragen naar het welbevinden van de leerlingen, te kijken naar hun resultaten en te achterhalen hoe ze het in het vervolgonderwijs doen. Een directie moet alleen ingrijpen als er sprake is van disfunctioneren. Verder moet zij zich bezighouden met het regelen van de faciliteiten die nodig zijn voor het personeel om het werk goed te doen. Als je ervoor kiest het sociale kapitaal van je personeel optimaal te benutten en niet overal deskundigen voor in te huren, ben je als directie druk genoeg.”
Dezelfde werkwijze denkt Post bij zijn nieuwe werkgever, Eleos, te kunnen hanteren. „Ik ben niet gevraagd om mijn kennis van de zorg, want die is nihil. Wel om mijn ervaring met het aansturen van een organisatie en mijn opvattingen daarover. Ik hou van het primaire proces. Ik hou ervan samen te werken met betrokken mensen. Gelukkig kom je die zowel in het onderwijs als in de zorg veel tegen. Mensen met bewogenheid, ijver, plichtsgetrouwheid.”
Post heeft als regiomanager Zuid-Holland/Zeeland bij Eleos de verantwoordelijkheid voor de portefeuilles financiën, beheer, kwaliteit en identiteit. Hij ’hangt’ direct onder de centrale directie en ziet z’n nieuwe functie als een uitdaging. „Ik probeer altijd vanuit een grote betrokkenheid invloed uit te oefenen op het beleid. De sterke kant van de Gomarus is de platte organisatie; de korte lijnen tussen personeel en directie. Concreet: de rector is altijd beschikbaar voor een persoonlijk gesprek met zijn personeel. Ik hoop dat als regiomanager bij Eleos ook te zijn.”
Hoe voelt dat: na 25 jaar definitief het onderwijs uit?
„Toen ik de sleutel van de Gomarus ging inleveren, was ik toch een beetje weemoedig. Ik rook de geur van een nieuw schooljaar waar ik zelf niet meer aan meedoe.”