Opinie

Flitsscheiding blijft in discussie

Ergens in de derde wereld zag ik een moeder huilen. Zij stond bij het bedje van haar kind. Dat was ziek. En vader bleek voorgoed verdwenen. De kleuter heette Miracle: wonder. Eigenlijk: Miracle of Jesus. Maar echtscheiding resulteert meestal in verdriet. Kinderen zijn de dupe. Het is menselijk dat het parlement de flitsscheiding afschaft. Maar het is voor menig Kamerlid wenselijk dat het Bijbelse argumenten hanteert.

G. Roos
8 June 2007 21:16Gewijzigd op 14 November 2020 04:50
Moeder stond bij het bedje van haar kind. Vader was voorgoed verdwenen. - Foto RD
Moeder stond bij het bedje van haar kind. Vader was voorgoed verdwenen. - Foto RD

De politieke partijen blijken voorstander van het betrekken van de rechter bij een echtscheiding. Dat is positief. De Kamer maakte een eind aan de mogelijkheid van een echtscheiding die -althans theoretisch- binnen een paar uur zonder rechter beklonken kan zijn. Bij de meeste parlementariërs liggen echter geen principiële, maar praktische motieven ten grondslag aan hun visie.Met het feit dat het wetsvoorstel van de ministers Hirsch Ballin en Rouvoet bijval vond, is dus niet alles gezegd. Eerst, omdat de Tweede Kamer zich een keer zal moeten uitspreken over een komend voorstel van socialiste Bouchibti. Zij is er vurig op uit de flitsscheiding te vervangen door een vorm van administratieve scheiding. Dus zonder rechter. Het is dan ook te vroeg voor juichen.

Er is nog iets anders aan de hand. Voor echtparen zonder minderjarige kinderen die samenstemmen over scheiden, wordt het uit elkaar gaan iets makkelijker. Nu mogen alleen advocaten een verzoek tot echtscheiding inleveren. In het nieuwe plan kunnen partners naar de notaris stappen. Die dient dan namens beide echtgenoten een gemeenschappelijk verzoek in bij de rechter. Maar hij doet dat af zonder zitting.

Historie

Wie wil weten hoe Nederland aan die flitsscheiding komt, doet er goed aan zich een beetje te verdiepen in de historie van de echtscheiding. Lang was het breken van de huwelijksband in door de Rooms-Katholieke Kerk gedomineerde landen in Europa moeilijk. Tot de Reformatie was het canonieke recht bepalend voor de wetgeving rond het huwelijk in Nederland. Een formele echtscheiding was onmogelijk.

De roomse overheid bemoeide zich niet met een trouwerij. Het huwelijk heette sacrament. Dat was het terrein van de kerk. De Reformatie dacht daar anders over. De synode van Emden (1571) sprak uit dat het huwelijk „ten dele kerkelijk en ten dele politiek” is. Toch liet ook de gereformeerde overheid de huwelijkssluiting zo lang mogelijk over aan de kerk. Dat veranderde pas definitief en grondig in 1848.

Hoe zat het vanaf de Reformatie met echtscheiding? Calvijn waarschuwde er in zijn Bijbelcommentaren ernstig tegen. Hij wees op de hulp en bijstand van de Heilige Geest voor hen die bij grote moeilijkheden in het huwelijk in Gods weg wilden gaan. Toch zag de Reformatie op basis van de Bijbel een grond voor mogelijke echtscheiding. Maar alleen dan als er heel concreet sprake was van overspel.

Maatschappelijk gezien gold overspel van het gewone volk -ten aanzien van de rijken lag dat iets anders- als schandelijk. Mensen die elkaar bedrogen, kregen publiek straf. Ik las ergens hoe de Rotterdamse schepenen in 1660 Maartje Harmens wegens overspel veroordeelden tot een geseling op het schavot. Evenals een zekere Annetje werd zij door de overheid van de havenstad verbannen. Dat is niet mis.

Tot de herziening van het Burgerlijk Wetboek in 1971 was het in Nederland doorgaans niet eenvoudig om te scheiden. Mensen konden in vier gevallen uit elkaar. Natuurlijk indien er sprake was van overspel. Ook wanneer iemand onder curatele werd gezet wegens verkwistend gedrag. En als een echtgenoot voor meer dan vier jaar de gevangenis in moest. Ten slotte wegens mishandeling.

Degenen die zich vóór 1971 al niet schaamden om te scheiden, sjoemelden met die voorwaarden. Vaak voerden partners overspel aan als reden. Soms haalden ze er een derde bij voor ’bewijs’. Dat heette ”de grote leugen”. In 1971 verdween het Bijbelse aspect uit de wet. Voortaan heette ”duurzame ontwrichting” voldoende voor echtscheiding. Toen was het hek van de dam. Scheiden werd betrekkelijk simpel.

Lokethandeling

Ondertussen is er dus niet slechts sprake van echtscheiding, maar ook van flitsscheiding. Mijn dikke Van Dale uit 1993 -’t is tijd voor vervangen- kent het fenomeen niet. Voor augustus 2001 had dat woord deze krant nog nooit gehaald. Wellicht was de mogelijkheid van een flitsscheiding zelfs een ongelukje. Er lag een heel snelle scheiding in het verschiet door een maas in de wet.

De mogelijkheid ontstond toen de wetgever op 1 april 2001 het huwelijk openstelde voor partners van hetzelfde geslacht. Stellen die al een geregistreerd partnerschap hadden, konden hun partnerschap omzetten in een huwelijk. Maar helaas werd zo’n omzetting ook andersom mogelijk. Als lokethandeling. Het huwelijk verandert in een geregistreerd partnerschap. En die relatie valt zonder rechterlijke hulp te ontbinden.

Advocaten namen al snel de mogelijkheid te baat. Met meer of minder sympathie. In elk geval viel het ’hiaat’ in de wet te gebruiken om het formele karakter van een huwelijk te bagatelliseren. Uiteraard kwam er van de kant van christelijke politici verzet. In augustus 2001 vroegen de fracties van CDA, ChristenUnie en SGP aan de toenmalige minister Korthals om het gat te dichten.

Verder wezen verstandige politici spoedig op praktische problemen. In 2004 maakte minister Donner de Tweede Kamer deelgenoot van zijn ernstig bezwaar. De meeste landen, schreef hij, erkennen deze manier van echtscheiding helemaal niet. Dus wie bij voorbeeld in Duitsland gaat trouwen na een Nederlandse flitsscheiding, loopt het risico te worden beschuldigd van bigamie. Dat is in beschaafde landen strafbaar.

Scepsis

Bij advocaten bestond eveneens scepsis. Mensen die via een flitsscheiding uit elkaar gaan, dienen afspraken over verdeling van het bezit vast te leggen. Net als bij een scheiding via de rechter. Dat convenant is bindend. Maar het verschil is dat bij een flitsscheiding de afspraken van het convenant niet zijn bekrachtigd door een rechter. Dus is het bijvoorbeeld niet mogelijk dat een van beide partijen een deurwaarder inschakelt.

Advocaten brengen bovendien naar voren dat een flitsscheiding eigenlijk alleen zou mogen voor partijen die geen aanspraak maken op alimentatie, geen gezamenlijke woning hebben en geen levensonderhoud vergende kinderen hebben en alles netjes verdeelden. Want zodra er geen deugdelijke afspraken zijn over alimentatie en daar niets voor wordt betaald, moeten de ’voormalige’ partners alsnog naar de rechtbank.

De bezwaren tegen flitsscheiding van politici en advocaten zijn vooral praktisch van aard. Een van de problemen is dat Nederland in ethisch opzicht andere Europese landen mijlenver vooruit is. Duitsland zal Nederlanders die via een flitsscheiding hun huwelijk hebben laten ontbinden, niet de gelegenheid bieden opnieuw te trouwen. Oostenrijk kent -dat is goed- zelfs geen geregistreerd partnerschap.

Juist omdat de bezwaren van politici globaal gesproken weinig principieel zijn, blijkt het mogelijk dat er sprake is van een koerswijziging in de Tweede Kamer. In 2004 toonde zich nog een ruime meerderheid van PvdA, VVD, GroenLinks en D66 tegen het schrappen van een flitsscheiding. Maar de socialisten verlegden hun koers. Het ligt voor de hand dat zoiets gebeurt om de coalitie te redden.

Principieel bezwaar

De praktijk is weerbarstig. Ons land raakte zo geseculariseerd, dat het ineens toepassen van Bijbelse normen en waarden -geen echtscheiding dan alleen in geval van overspel- zonder massale bekering van ons volk onmogelijk is. Toch waag ik het een paar woorden te schrijven over een door menigeen ter vergoelijking van echtscheiding gebruikte Bijbeltekst. Ik bedoel Matthéüs 19:7.

De farizeeën verzochten volgens vers 3 de Heere Jezus. Voor dat begrip ”verzoeken” gebruikt de auteur hetzelfde woord als in Matthéüs 4. Daar staat hoe de duivel Christus verzocht. Zijn de Schriftgeleerden hier soms werktuigen van de boze? De farizeeën relateren hun vraag -dat blijkt in vers 7- aan een passage uit het Oude Testament: Deuteronomium 24:1-4.

Daar staat dat een man die na zijn huwelijk „iets schandelijks” vindt, aan zijn vrouw een scheidbrief schrijft. Juist die woorden ”iets schandelijks” verdraaien de farizeeën. Ze maken ervan: „om allerlei oorzaak.” Terwijl er in het Hebreeuws een woord staat dat primair naaktheid of schande betekent. Ezechiël 23:29 vertaalt het zelfs door hoerenschaamte. Dat legt mogelijk een relatie met overspel.

Christus gaat niet in op deze de Tenach verdraaiende verzoeking. Hij stelt een wedervraag. En die vraag herinnert hen aan het huwelijk als een volstrekte eenheid tussen één man en één vrouw. De kanttekening bij de Statenvertaling heeft het over twee verscheidene dingen die door lijm aan elkaar vastgemaakt zijn. Twee mensen worden als het ware één mens.

Dus er is geen sprake van een contract dat gebroken kan worden door een echtscheiding. Het huwelijk vormt een instelling van God. En daarvoor gelden niet allerlei uitvluchten als: ’t Is zo moeilijk om bij elkaar te blijven; zijn of haar karakter is zo onberekenbaar; hij is zo verkwistend; hij drinkt af en toe een glas bier te veel. Nee: „Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet.”

Dan komen de farizeeën opnieuw met een onjuist citaat. Ze beweren in vers 7 dat Mozes een scheidbrief gebood te geven aan zo’n vrouw. Maar zo stellig staat dat niet in Deuteronomium 24. Mozes zegt in feite in de bewuste passage: Indien een man trouwde met haar die voorheen echtgenote was van een ander, mag die eerste man haar niet opnieuw in een huwelijksrelatie aanvaarden.

Mozes verbiedt voortschrijdende zonde en onreinheid. Staat er dat hij een gebod uitvaardigt om een scheidbrief te geven? Het is aannemelijker dat zo’n brief onder Israël, in navolging van heidenen, in zwang was gekomen en toegelaten. Van een gebod van Mozes waarvan mensen, als het hun voordelig schijnt, gebruik kunnen maken om te scheiden, is geen sprake. Dat blijkt ook in Markus 10:1-9. Mozes wijst in feite naar het gebod ”Gij zult niet echtbreken”.

Verdriet

Gemeten aan de Bijbelse gegevens is dus het afschaffen van flitsscheiding lang niet genoeg. Het is treurig dat pragmatisme en populisme het principe steeds meer verdringen in het politieke circuit. Menselijke ideeën blijken belangrijker dan God en Zijn Woord. De man in de straat en de media regeren mee. Politici weten soms niet hoe snel zij moeten zeggen dat zij het allemaal zó niet hebben bedoeld.

Toch valt als positief te noteren dat de rechter betrokken moet blijven bij een echtscheiding. Op die manier blijft het huwelijk nog enigermate een kwestie van hoog niveau en in ere. Het staat niet op dezelfde lijn als een simpel afspraakje om dit jaar eens samen met vakantie te gaan. Wie trouwt, haalt niet even z’n boterbriefje. Een huwelijksakte blijkt niet helemaal een flutpapiertje.

Ergens in Colombia zag ik een jonge vrouw in tranen. Zij stond naast haar koortsige en ellendige kleuter. Er stond geen vader om voor haar te zorgen. Hij bleek voor eens en altijd verdwenen. De mooie naam van Miracle of Jesus voorkwam niet het verdriet van de scheiding. Kinderen zijn de dupe. Het is menselijk dat het parlement de flitsscheiding afschaft. Maar het ware te wensen dat parlementariërs de Bijbel gingen lezen. Dan zou PvdA-Tweede Kamerlid Bouchibti geen poging meer doen om de flitsscheiding te vervangen door een vorm van administratieve scheiding.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer