Hersendode heeft laatste adem al uitgeblazen
Ook R. Van den Berg reageert op het artikel van mevrouw Bemelmans. Hij benadrukt dat een persoon die hersendood is de laatste adem al heeft uitgeblazen.
Er wordt in het artikel ”Orgaandonatie bij hersendood onacceptabel” een tegenstelling gemaakt tussen „het moment waarop de mens de laatste adem uitblaast” en de status van hersendood. Het moet benadrukt worden dat een persoon die hersendood is de laatste adem al hééft uitgeblazen. Sterker nog, dit is een absolute voorwaarde voordat hersendood kan worden vastgesteld. Misschien is het goed om de procedure bij hersendood te noemen, om zo eventuele misvattingen te verhelpen.Hersendood kan alleen optreden bij een patiënt die op een intensive care wordt verpleegd, onder kunstmatige beademing. Als er geen hersenactiviteit wordt waargenomen, zal de arts eerst de pupilreflexen testen. Ontbreken ook die, dan wordt onder zorgvuldige bewaking de beademing voor korte tijd stopgezet, de zogenaamde apneutest. Blijkt er bij deze test geen ademhaling meer te bestaan, dan is de patiënt overleden. De arts verkláárt de patiënt niet dood, maar constatéért nu de dood.
Hierna kan, in overleg met de nabestaanden, de beademing weer opgestart worden. Het lichaam kan op die manier intact gehouden worden voor orgaandonatie, als alle betrokkenen daarmee instemmen. Als Bemelmans inderdaad de ademhaling verbindt aan de aanwezigheid van de ziel, dan heeft volgens haar definitie de ziel bij hersendood het lichaam al verlaten.
Hersendood is een begrip dat al decennialang in de medische wetenschap wordt gebruikt, sinds er beademingsapparatuur bestaat die deze conditie mogelijk maakt. Het is overigens ook niet zo dat er een wet is „waarmee een mens hersendood verklaard kan worden”, zoals Bemelmans stelt. In de Wet op orgaantransplantatie (1996) is een definitie opgenomen waarin verklaard wordt wat hersendood ís, niet meer dan dat.
Bewustwording
Het laatste waar ik op in zou willen gaan is de bewering dat het immuunsysteem nu zijn werk niet meer mag doen, wat een argument tegen orgaandonatie zou zijn. Ik zou erop willen wijzen dat een groot deel van de geneeskunde bestaat uit het voorkómen van het natuurlijke werk van het immuunsysteem. Allergie, diabetes type I, reuma, MS en nog vele andere ziekten zijn het gevolg van een overactief immuunsysteem, dat geremd moet worden door medicatie. Het zal niemand verbazen dat de meeste patiënten een leven lang immuunonderdrukkende medicatie verkiezen boven drie- tot zesmaal per week aan de nierdialyse.
Bemelmans stelt in haar artikel dat orgaandonatie geen zaak is die je zomaar beslist, maar een kwestie waarvoor onderzoek nodig is. Een kwestie waarbij we ons boven alles af moeten vragen wat Gods wil hierin is. Hier wil ik me van harte bij aansluiten. Hopelijk kunnen deze artikelen leiden tot een grotere bewustwording rondom orgaantransplantatie.
De auteur is student geneeskunde.