Kandidaat uit Zuid-Afrika moet Nederland verlaten
EEMDIJK - De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft de verblijfsvergunning van de gereformeerd vrijgemaakte kandidaat A. G. Hagg uit Zuid-Afrika ingetrokken. Hagg, die een beroep naar Eemdijk had aangenomen, moet Nederland binnen 28 dagen verlaten.
Voor een permanente verblijfsvergunning had Hagg een zogenoemde tewerkstellingsvergunning van het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) nodig. Het CWI weigerde die echter te geven, omdat de gereformeerd vrijgemaakte kerk te Eemdijk zich onvoldoende zou hebben ingespannen om een Nederlandse of Europese kandidaat te vinden. „De IND heeft puur vanwege de weigering van het CWI mijn verblijfsvergunning ingetrokken”, zei Hagg vrijdagmorgen.Hagg, die getrouwd is met een Nederlandse vrouw, woont met zijn gezin al enkele maanden in de pastorie te Eemdijk. Voor zijn studie in Kampen verblijft hij al ruim een jaar in Nederland. Na zijn beroepbaarstelling, eind vorig jaar, ontving Hagg vijf beroepen, waaronder het beroep van Eemdijk.
Hagg hoopt op 5 juni terug te keren naar Zuid-Afrika. Voorlopig gaat hij in zijn vroegere gemeente in Pretoria bijstand verlenen. „Ik wacht geduldig af wat er in Nederland gaat gebeuren. De kerkenraad van Eemdijk en deputaten kerk en overheid van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt zullen proberen overeenstemming met de IND te bereiken. Gelukkig heeft de Heere alles in Zijn hand. Dat geeft rust, ook voor ons als gezin.”
Voor hem persoonlijk vindt Hagg de situatie „vervelend.” „Maar”, zegt hij, „belangrijker is wat dit betekent voor de positie van voorgangers die vanuit het buitenland naar Nederland komen. Die discussie is van belang voor de kerken, en daarom moet er duidelijkheid komen.”
De SGP stelde vorige week Kamervragen aan minister Donner van Sociale Zaken over de weigering van het CWI om een arbeidsvergunning te verlenen aan kandidaat Hagg. Die zijn echter nog niet beantwoord, zei Tweede Kamerlid B. J. van der Vlies vrijdagmorgen. „De IND had daar op z’n minst op kunnen wachten. Het is beschamend dat iemand met deze opleiding, woonachtig in Nederland en getrouwd met een Nederlandse, hier niet mag blijven. Dat is uitermate formalistisch en te gek voor woorden.”
Dat de kandidaat Nederland moet verlaten, is volgens Van der Vlies een gevolg van het stringentere toelatingsbeleid voor geestelijk bedienaren. Op initiatief van de toenmalige minister Verdonk werd vorig jaar de Vreemdelingenwet aangepast, mede om te voorkomen dat fundamentalistische imams naar Nederland zouden komen.
Van der Vlies: „Het is niet onterecht om te kijken welke geestelijken men hier binnenhaalt. Wel heeft de minister toen de toezegging gedaan om een uitzondering te maken voor zendelingen met een deugdelijke opleiding. Omdat het kabinet vorig jaar viel, is het daar nog niet van gekomen.” De IND had volgens hem de verblijfsvergunning niet mogen intrekken, maar moeten wachten tot het overleg van de Kamer met staatssecretaris Albayrak.
E. Anker, Tweede Kamerlid voor de ChristenUnie, vindt het „heel jammer” dat de IND heeft besloten de gereformeerd vrijgemaakte kandidaat geen definitieve verblijfsvergunning te verlenen. „Hagg moet nu Nederland verlaten, terwijl de Kamer in juni een overleg heeft met de staatssecretaris over buitenlandse geestelijken. In het verleden is het nooit een probleem geweest dat buitenlandse predikanten naar Nederland kwamen. Eerlijk gezegd denk ik dat het CWI niet doorheeft hoe dit werkt.”
De beslissing van de IND kan volgens Anker –zelf lid van een gereformeerd vrijgemaakte kerk– grote gevolgen hebben voor (migranten)kerken in Nederland die een predikant uit het buitenland beroepen. De ChristenUnie zal alles in het werk stellen om deze zaak, en die van Hagg in het bijzonder, tot een goed einde te brengen, aldus Anker.