„De suggestie dat de werkdruk vooral verlaagd zou worden door die te spreiden over de vakantieperiode is een onterechte; men zou er het paard mee achter de wagen spannen”, aldus CNV-woordvoerder Van Kortenhof. Onderwijsminister Van der Hoeven schreef donderdag in een eerste reactie dat aan het aantal uren dat een leraar per jaar werkt, niet zal worden getornd. De Algemene Onderwijsbond (AOb) noemt het opschroeven van het aantal werkweken een „naïeve oplossing.”

De CNV-bond constateert dat het moeite kost om de aantrekkelijkheid van het onderwijsberoep duidelijk te maken. „Nu geïsoleerd één van die aantrekkelijke aspecten weghalen -namelijk het harde werken belonen met een ruime vakantie- is onverstandig.”

Het beroep van onderwijsgevende is in de afgelopen periode zwaarder geworden, onder andere door diverse maatschappelijke veranderingen, stelt de woordvoerder. „Die vinden hun weerslag in de klas, bijvoorbeeld door minder makkelijke maar wel veel meer aandacht vragende leerlingen. Vakanties zijn daarom voor veel werknemers een noodzakelijk rustpunt om weer nieuwe energie op te doen.”

De Onderwijsraad wil de werkdruk van leraren verminderen door hen meer weken te laten maken. Leraren doen op dit moment hun werk in 40 weken, met piekbelasting bij start en afronding van het jaar en bij toetsen en rapporten. Een arbeidsjaar van 45 tot 47 weken conform andere sectoren is het overwegen waard, vindt de raad.

Door de hoge werkdruk worden leraren ziek en arbeidsongeschikt en is het beroep minder aantrekkelijk voor nieuwkomers op de arbeidsmarkt, zo staat in het advies. Veel scholen kampen met een lerarentekort.