Melkert onderhield kort na het aantreden van Wolfowitz in 2005 een briefwisseling met de Amerikaan. Hij deed dat in zijn hoedanigheid van voorzitter van de Ethische Commissie van de bank. Deze commissie was ingeschakeld omdat er door Wolfowitz’ komst bij de bank belangenverstrengeling dreigde. De vrouw, Shaha Riza, werkte toen al enkele jaren bij de Wereldbank.De vraag waarover de commissie zich in de zomer van 2005 boog, kwam op het volgende neer: kan Riza bij de bank blijven werken, nu haar vriend zijn intrede heeft gedaan. De statuten van de bank zijn hier helder over. Dit wordt eenvoudigweg niet toegestaan. De commissie deed ook suggesties over hoe de zaak kon worden opgelost.

De commissie adviseerde om een andere functie voor Riza te vinden, waar ze niet onder Wolfowitz zou vallen. Met de vraag waar ze gestationeerd moest worden en hoeveel ze precies moest gaan verdienen hield de commissie zich niet bezig. Wel toonden Melkert en de zijnen zich bewust van het feit dat de carrière van Riza door de overplaatsing werd verstoord en dat een „promotie" daarom op zijn plaats zou kunnen zijn.

De commissie gaf echter ook aan dat een en ander overeen moest komen „met de praktijk van de Bank".In een brief die Ad Melkert op 8 augustus aan Wolfowitz schreef, vroeg hij hem op grond van het advies een ontmoeting te regelen tussen Riza en Xavier Coll, die een hoge functie bekleedde op de afdeling Personeelszaken.

Drie dagen later volgde er een brief van Wolfowitz aan deze Coll, waarin hij hem de omstreden salarisvoorstellen deed, waardoor Riza meer ging verdienen dat de minister van Buitenlandse Zaken. Vorige week werd bekend dat het bestuur van de bank buiten deze voorstellen is gehouden. Uit de documenten van de bank blijkt evenmin dat Melkert op de hoogte was van de afspraken tussen Wolfowitz, Coll en Riza.

Weer een dag later schreef Wolfowitz een brief aan Melkert. Daarin stond dat Coll en Riza tot een vergelijk waren gekomen. „Omdat ze heeft ingestemd met detachering buiten de Bank, is er geen sprake meer van belangenverstrengeling", zo schreef Wolfowitz. Wat hem betreft was de zaak daarmee gesloten, en wat Melkert betrof ook, zo bleek later.

Melkert voegde er nog een met de hand geschreven passage aan toe waarin hij bevestigt dat dit de uitkomst is van een „uitzonderlijk moeilijke zaak". Even verderop herinnert Melkert Wolfowitz aan een uitnodiging om een keer samen met Shaha bij hem thuis langs te komen.

Afgelopen weekeinde op de voorjaarsvergadering van de bank maakte de president kenbaar dat hij niet van plan is om op te stappen, ondanks scherpe kritiek op zijn actie. Het huidige bestuur van de bank, onderzoekt de zaak–Wolfowitz nog steeds. De uitkomsten daarvan zullen vermoedelijk binnen enkele weken bekend zijn.