Op fietsgebied is nog het nodige te winnen
Uit onderzoek blijkt dat allochtonen aanzienlijk minder fietsen dan de doorsnee Nederlander. Om het fietsgebruik te stimuleren moet de overheid niet alleen op gedragsverandering inzetten, stelt Merdan Yagmur, maar bijvoorbeeld ook op de fietsvoorzieningen in allochtone wijken.
Wie niets met fietsen heeft, zal biologisch niet de behoefte voelen om te gaan fietsen. Wie niet goed kan fietsen, zal zelf ook geen fiets kopen. En wie geen fiets heeft, die fietst beduidend minder. Zo eenvoudig is de relatie tussen oorzaak en gevolg van het lagere fietsgebruik onder allochtonen in Nederland.Maar voor wie is dit eigenlijk een probleem? Fietsen in een stedelijke omgeving is een snelle, betaalbare, gezonde, ruimtebesparende en milieuvriendelijke manier van verplaatsen. In een groene omgeving is fietsen behalve een goede aanvulling op het openbaar vervoer ook een populaire vrijetijdsbesteding. De fiets is na de auto dan ook het meest gebruikte vervoermiddel in Nederland. Het grote voordeel van de fiets boven de auto is dat de fiets veel minder verkeersslachtoffers maakt.
Uit recente onderzoeken van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Fietsberaad blijkt helaas dat allochtonen aanzienlijk minder fietsen dan de doorsnee Nederlander. Het fietsgebruik stimuleren onder allochtonen lijkt om meerdere redenen dus een zinvolle activiteit die bovendien eenvoudig aan te pakken is: promoot de fiets bij de doelgroep, geef fietslessen en verhoog het fietsbezit, eventueel door het wegnemen van de financiële drempel.
De wijze waarop in Nederland beleid voor allochtonen wordt gemaakt, houdt echter volgens de onderzoekers stimulering van het fietsgebruik vooral tegen. Nederland kent een verfijnde hokjesgeest. De neiging om onze medemens in te delen in een bepaalde categorie is bijzonder sterk aanwezig. En wie in Nederland in een hokje is ingedeeld, zal het gedrag dat in een ander hokje thuishoort nooit gaan vertonen.
Dit statische beeld wordt in stand gehouden door statistieken en organisaties waarvan de gesubsidieerde activiteit afhangt van de blijvende hulpbehoevendheid van de doelgroep. Zo zal een Surinaamse Nederlander nooit op de fiets naar het werk gaan. De fiets heeft voor deze bevolkingsgroep namelijk een te lage status; het is slechts een recreatief speeltje waarmee je met mooi weer eens rustig door de buurt peddelt. Maar toch is er die Surinaams-Nederlandse moeder met zeven kinderen die een huurwoning in een Vinex-wijk toegewezen heeft gekregen en nu heel blij is dat ze heeft leren fietsen, want ze bespaart 60 euro per maand voor het openbaar vervoer.
Prikkels
Het slim inspelen op persoonlijke prikkels biedt op fietsgebied nog ruim voldoende kansen om collectief geacht gedrag te kunnen veranderen. En de meeste menselijke prikkels, zoals de genoemde financiële prikkel, gelden net zo goed voor autochtonen als voor allochtonen. Want niet alleen de allochtone jeugd, maar alle jeugd fietst beduidend minder dan vroeger. Die jeugd is volgens de hokjesmethode in te delen in buitenkinderen (hangen rond op pleinen), de achterbankgeneratie (worden van voetbal naar muziekles gereden) en binnenkinderen (spelen op de computer of kletsen op bed).
Alle drie de categorieën kinderen fietsen om dezelfde reden minder: de ouders schatten de verkeersveiligheid in de woonomgeving laag in. De plannen van PvdA en SP om kinderen onder de twaalf jaar gratis met de bus te laten reizen zal daarom het fietsgebruik niet stimuleren. De kosten die uitgegeven worden aan het gesubsidieerd in stand houden van het openbaar vervoer zouden immers ook aan de verbetering van de fysieke omgeving uitgegeven kunnen worden. Want na de aanwezigheid van veel allochtonen blijkt de aanwezigheid van goede fietsvoorzieningen een goede voorspeller te zijn voor het fietsgebruik.
En wat wil het geval: in stadswijken waar veel allochtonen wonen, zijn voorzieningen voor fietsers vaak uitermate slecht. Hierdoor is het fietsgebruik in een multiculturele wijk als Transvaal in Den Haag waarschijnlijk het laagste van heel Nederland! Succesvolle campagnes voor allochtonen zoals Fietsvriendinnen en Bewegen op recept alleen zijn dan niet voldoende, er is tegelijkertijd behoefte aan meer (verkeers)veiligheid op straat. Aan de verbetering van fietsvoorzieningen beleeft bovendien iedereen plezier, of je nu geboren Nederlander, Surinaamse Nederlander of Marokkaanse Nederlander bent!
De auteur is ex-raadslid voor de VVD in Den Haag.