Schuldproblematiek moet aangepakt
Heel veel mensen hebben schulden. Het vormt een groot maatschappelijk probleem, stelt A. Fraanje. Volgens hem is het zaak dat daar wat aan gedaan wordt. Want het sociale karakter van een samenleving wordt mede bepaald door de wijze waarop men met schuldenaars omgaat.
Op de rechtzitting van de kantonrechter in Den Haag waren donderdag 975 personen gedaagd. Allen hadden een schuld bij een zorgverzekering. Het was zo’n massale toeloop van gedaagden, dat de kantonrechter er wanhopig van werd. Ze besloot dat ieder die beloofde zijn schuld al dan niet in termijnen te gaan voldoen, na een schriftelijke verklaring naar huis mocht gaan. Alleen degenen die een toelichting wilden geven werden gehoord.Dit voorval toont aan dat er in ons land sprake is van een groot maatschappelijk probleem. Heel veel mensen hebben betalingsproblemen, en als je de gedaagden daar massaal in de hal van het Paleis van Justitie bij elkaar zag staan, viel het op dat het voornamelijk mensen van buitenlandse afkomst waren. Uit de verhalen hoorde ik dat het lang niet altijd om kwaadwillige wanbetalers gaat, maar meer om slachtoffers van bureaucratie en van de economisering van de samenleving. Velen hebben schulden en weten niet hoe ze het ene gat met andere moeten vullen.
Doorlopend rood
Een van de oorzaken van schuldenlast is dat banken en financieringsinstellingen heel gemakkelijk leningen verstrekken aan mensen met een minimaal inkomen. Schulden van 10.000 en 20.000 euro zijn geen uitzondering. Hebben mensen eenmaal een schuld bij de bank, dan staan ze doorlopend rood en ieder bedrag dat op hun rekening wordt gestort (bijvoorbeeld huur- en zorgtoeslag) verdwijnt in een bodemloze put. Automatische incasso’s worden niet verricht, ingevulde acceptgirokaarten worden teruggestuurd. Wie niet zo goed thuis is in ambtelijke taal, begrijpt niet dat zijn betaling dan niet is uitgevoerd.
Als na herhaalde aanmaningen nog geen betaling is verricht, komen de incassobureaus in beeld. Die vragen voor hun ’diensten’ 150 euro. Als ook dat niet betaald kan worden, gaat het dossier naar de deurwaarder, die 200 euro vraagt. En zo loopt een schuld op.
Sommigen weten gelukkig de weg te vinden naar de kredietbank of naar een schuldhulpverlener, maar dat is lang niet bij iedereen het geval. Bovendien is het eerste wat mensen die aankloppen te horen krijgen dat ze eerst moeten proberen een regeling te treffen met de schuldeisers. Niet iedere schuldeiser is echter voor rede vatbaar.
De meest hardvochtige schuldeiser is volgens mij de overheid. De fiscus bijvoorbeeld vraagt rustig 100 procent boete en heeft zelfs het recht eigendommen van schuldenaars in beslag te nemen. Justitie maakt het nog bonter: wie een achterstand heeft met het betalen van boetes, kan zomaar (bijvoorbeeld bij een routinecontrole in het verkeer) van de straat geplukt worden en in hechtenis genomen worden. Als je niet onmiddellijk je schuld kunt betalen, blijf je achter de tralies.
Het is duidelijk wat dat kan betekenen voor iemand die zo uit zijn gezin of zijn werk wordt gehaald. Het komt zelfs voor dat mensen in het holst van de nacht van hun bed worden gelicht en gearresteerd worden. En dat zijn dan geen notoire criminelen, maar gewone burgers met een baan en een gezin die, doordat ze schulden hebben, niet in staat zijn hun bekeuringen te betalen.
Wrang
Kan er wat aan gedaan worden? Ik denk van wel. In de eerste plaats moet het kwaad bij de wortel worden aangepakt. Dat betekent dat banken en financieringsinstellingen geen grote leningen meer verstrekken aan mensen met een uitkering of een minimaal loon. Wat is groot? Ik denk een lening die hoger is dan wat er per maand aan uitkering of salaris binnenkomt.
Voor iedere lening die verstrekt wordt boven dit bedrag moet de bank zelf de verantwoordelijkheid dragen. Nu is het nog zo dat banken een beroep kunnen doen op loonbeslag, deurwaarders en de rechterlijke macht. Banken moeten verplicht worden zorgvuldig na te gaan of er wel of geen lening verstrekt zal worden. Bovendien laten ze het wel uit hun hoofd reclame te maken om mensen te verleiden tot een afsluiten van een lening als ze zelf verantwoordelijk zijn voor het innen van de terugbetaling, zonder hulp van overheidsinstellingen.
Verder zouden banken verplicht moeten worden mensen met betalingsachterstanden maatschappelijke hulp te bieden. Ook de tarieven van incassobureaus zouden omlaag kunnen.
Om nog even op het voorbeeld van het begin terug te komen: die 975 mensen hebben allemaal een aanmaning van een incassobureau gekregen. Dat aantal maal 150 euro is bijna 150.000 euro. Daarvoor hebben ze alleen maar brieven geschreven, want de incasso is uiteindelijk doorgestuurd naar de deurwaarder. De deurwaarders konden bijna 200.000 euro opstrijken. Het wrange is dat dat geld allemaal uit de zakken moet komen van de zwakken in de samenleving.
Ik sprak een man die 50.000 euro schuld heeft. Alleen aan rente moet zo iemand al ruim 400 euro per maand betalen. Hij werkt bij twee uitzendbureaus, gaat ’s morgens om 6.00 uur de deur uit en is ’s avonds vaak pas tegen 22.00 uur weer thuis. En zijn probleem wordt nauwelijks minder. Je zou hem een slaaf kunnen noemen van zijn schuldeisers.
Amos
Dat brengt mij bij het volgende: het probleem van de schuldenlast van de zwakken is niet iets van deze tijd. De profeet Amos -hij leefde ongeveer 750 jaar voor Christus- sprak de rijken in zijn tijd al aan op hun houding tegenover schuldenaars: ze werden als slaaf verkocht. Zelfs om een paar schoenen (Am. 2:6). Kledingstukken werden afgenomen omdat ze die als onderpand hadden gegeven en niet konden terugbetalen. Wie een boete niet kon betalen, werd zijn wijngaard afgenomen (2:8). Het is dus niet iets van deze tijd.
En toch heeft het wel met de tijd te maken: er zijn treffende overeenkomsten met de tijd van Amos: de sterken profiteerden van de welvaart en woonden in prachtige huizen, de zwakken werden het slachtoffer. Is het nu anders? Ook hier geldt wat iemand eens zei: het verschil tussen water en geld is dat water stroomt van boven naar beneden en geld stroomt van beneden (de zwakken) naar boven (de sterken).
Ik denk dat het sociale karakter van een samenleving mede bepaald wordt door de wijze waarop men met schuldenaars omgaat. Wie gaat onze samenleving een socialer karakter geven? Ik denk dat we het niet moeten verwachten van de minister van Financiën. Misschien is dit meer een zaak voor de minister voor Jeugd en Gezin.
De auteur was jarenlang pastoraal assistent in het Huis van Bewaring te Scheveningen en had daar veel te maken met mensen die wegens schulden achter de tralies kwamen.