Verenigde Staten nu formeel in recessie
Het is nu officieel: de Amerikaanse economie is in recessie. Dat is tenminste de mening van het National Bureau of Economic Research (NBER). Dit is een groep invloedrijke economen, onder leiding van professor Robert Hall van de Stanford Universiteit, die de cyclussen van de Amerikaanse economie bijhoudt.
De groep kwam maandag met het langverbeide oordeel over de Amerikaanse staatshuishouding. Het meest opmerkelijke aspect was wel dat men het begin van de recessie of inkrimping van de economische activiteit in de VS in maart van dit jaar plaatste, terwijl volgens sommige economen de economie toen nog groeide. Maar volgens de NBER-groep begon de werkgelegenheid in maart af te nemen, terwijl de industriële productie toen al een halfjaar aan het dalen was. Daarom nam de groep maart als beginpunt van de tiende naoorlogse recessie en van de eerste economische inkrimping na de laatste recessie, die zich voordeed van juli 1990 tot maart 1991.
De NBER verwacht een herstel (groei) van de economie in de eerste helft van volgend jaar. Maar over de aard van dat herstel laat het geleerde zestal weinig los. Volgens de officiële cijfers van Washington kromp de Amerikaanse economie pas in het derde kwartaal van dit jaar. Voor het huidige kwartaal verwacht men geen verbetering, waardoor met twee kwartalen ’negatieve groei’ wordt voldaan aan de officiële definitie van een recessie. Overigens bleef het persoonlijk inkomen van de Amerikanen stijgen sinds maart. Dat wijst er volgens sommige economen op dat de recessie maar van korte duur zal zijn.
Huizenmarkt
President George Bush deed maandag een dringend beroep op het Congres om het nu eindelijk eens te worden over een stimuleringspakket voor de economie. Het Huis van Afgevaardigden (met een Republikeinse meerderheid) heeft zich hierover al uitgesproken, maar in de Senaat zijn Democraten (die daar over een krappe meerderheid beschikken) en Republikeinen het fundamenteel oneens. De laatsten pleiten vooral voor belastingverlagingen voor het bedrijfsleven, terwijl de Democraten aandringen op meer overheidsuitgaven en het opvoeren van werkloosheidsuitkeringen. Het ziet ernaar uit dat beide kamers van het parlement met verschillende voorstellen komen, waarna onderhandelingen dan een compromisvoorstel moeten produceren.
William Poole, een van de stemgerechtigde leden van het Federal Open Market Committee (FOMC) van de Federal Reserve (Fed), dat dit jaar al tot een reeks dramatische renteverlagingen besloot, was niet diep onder de indruk van de conclusie van de NBER. „Het mag dan misschien een recessie heten, het is dan wel een atypische recessie. De autosector en de huizenmarkt doen namelijk niet mee en de terugloop van de industriële productie beperkt zich voornamelijk tot de hightechsector”, aldus Poole, die aan het hoofd staat van de centrale bank van St. Louis. Hij stemde in juni tegen een verdere verlaging van de basisrente, omdat hij van mening was dat de Fed al genoeg verlaagd had en dat de economie over „voldoende vitaliteit” beschikte om zich –op termijn– te herstellen.