Levensvensters zonder veel uitzicht
Titel: ”Vensters op de levensloop”
Auteur: Roel van Oosten
Uitgeverij: Kok, Kampen, 2006
ISBN 978 90 435 1269 5
Pagina’s: 184
Prijs: € 18,50.
De inhoud van ”Vensters op de levensloop” is vaak prikkelend en confronterend. Maar de Heilige Schrift is hierin niet meer dan een verhalenbundel waardoor mensen gecorrigeerd worden en waarvan ze veel kunnen leren. ”Vensters op de levensloop. 32 Bijbelverhalen en gedichten bij belangrijke levensmomenten” is van de hand van ds. Roel van Oosten (1946), predikant bij de protestantse gemeente Warnsveld/Leesten en pastoraal supervisor en coach. Daarnaast, zo vermeldt zijn curriculum, is hij partner, vader, collega en tuinman. Ik wil maar zeggen: de schrijver is een mens in relatie, die de seizoenen van het leven enigermate kent.
Tweeëndertig belangrijke levensmomenten worden kort beschreven en verdeeld over de vier jaargetijden. Momenten in het mensenleven die dé religieuze vragen oproepen over de zin en bedoeling van het leven. Momenten waarop mensen verlangen naar woorden die houvast of een nieuw perspectief op hun leven kunnen geven.
Onder het seizoen ”winter” mediteren we mee over onder meer ”In verwachting”, ”Geboorte”, ”Misgroei”. De lentetijd mijmert over de tijd dat we tiener, puber en adolescent zijn; heftige hoofdstukken. De zomerperiode -ze is lang- begint met ”Werk & carrière” en handelt met de lezer over onder meer ”Conflicten”, ”Tegen stress”, ”Vakantie”, ”Midlife”, ”Angst”, ”Scheiden” en ”Tragiek”. In het gedeelte over de herfst komt de ”Oogst” aan de orde en ”Van oude mensen”, ”Verval en verlies”, ”Afscheid nemen”, ”Rouw”, ”Opstaan” en ”Het einde van de reis”.
Elk levensmoment heeft de schrijver verbonden met zowel een fragment uit de Bijbel als met een gedicht dat er op eigen wijze iets aan toevoegt. Daarmee is het een soort handboekje geworden en kan het gebruikt worden om te mediteren.
De schrijver heeft bij het schrijven speciaal gedacht aan mensen „op de rand van de kerk.” Hij hoopt dat zij in het bijzonder bij het lezen iets zullen ervaren van het mooie en verrassende van de christelijke traditie, waarin het volgens de schrijver gaat „om levenskunst, om aandacht voor en kwaliteit van leven en samenleven.”
Lezend en herlezend hebben verschillende stukjes mij in bepaald opzicht best aangesproken. De schrijver kan schrijven en weet de levende lezer te boeien. Het boek gaat over ’mij’. Vele relaties waarin ik leef komen zeer herkenbaar aan de orde. De stukjes stimuleren tot nadenken en nodigen uit om met ’lotgenoten’ over door te praten. In bepaald opzicht zijn ze leerzaam, prikkelend en confronterend. De gedichten alsook de tekeningen die het boek verluchtigen zijn soms ontroerend en dan weer glimlachwekkend.
Toch blijft bij het lezen en herlezen mijn hart onbevredigd. Gaat het hier om de kennis van God, die kennis is tot ons behoud? Gaat het vanuit Hem(!) ook om weer mens Gods te zijn? Of gaat het louter om „levenskunst, kwaliteit en diepgang in leven en samenleven”? Is spiritualiteit niet meer dan zelfbevestiging?
De Heilige Schrift is hier niet meer dan een verhalenbundel waardoor mensen gecorrigeerd worden en waarvan ze verder veel kunnen leren. Er worden lijnen getrokken in het horizontale vlak. De verwachting van een aanstaande moeder en de verwachting van Maria, Jezus’ moeder. Een twaalfjarige en de omgang met zo’n tiener en Jezus, die ook eens twaalf jaren oud was. Maar waaruit blijkt het exclusieve, unieke van de Zoon van God? Waar klinkt het belijden door dat Jezus, de enige en eeuwige Zoon van de Vader om ons mensen en om onze zaligheid is neergekomen uit de hemel?
Het Bijbels belijden aangaande de verzoening door voldoening ontbreekt. Het leerstuk van de voorzienigheid verdwijnt in de kast vol antiquiteiten. Ik citeer: „Vroeger (!) waren gelovigen er zelfs van overtuigd dat ’alles wat ons overkomt, ons niet bij toeval overkomt, maar van Gods vaderlijke hand’.” Ik krijg het benauwd als ik lees: „Wij moeten God een handje helpen, totdat Hij bij ons zal wonen en zelf onze tranen zal drogen…”
Aanbevelen kan ik het boek niet. Wie het toch wil lezen, oordele zelf, maar dan wel onder de lamp van Gods Woord en niet in het licht van de ’bijbel’ van Nico ter Linden, die de schrijver graag aanbeveelt. Wat moet ik met zijn verhaal aangaande de opstanding van Jezus waarin mij gemeld wordt dat het wel waar is, maar niet echt gebeurd? Zo blijft het levensvenster dicht en zwaar beroet.
”Vensters op de levensloop”, zo luidt de titel van dit boek. Maar we krijgen geen doorzicht. Het uitzicht wordt ons niet gegeven. U en ik, en ook mensen „op de rand van de kerk” hebben wezenlijk iets anders nodig.