Amerika zet Chinese moslims op terreurlijst
De Verenigde Staten hebben een groepering van Chinese moslims die streeft naar afscheiding van Peking, op hun lijst van terroristische organisaties gezet.
Dat maakte de Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken, Richard Armitage, maandag bekend tijdens een bezoek aan Peking. Het besluit van de Amerikanen is opvallend, omdat Washington de groepering eerder niet op de lijst wilde zetten. Kort na 11 september vorig jaar greep Peking de internationale strijd tegen het terrorisme aan om zijn al langer durende onderdrukking van etnische Oeigoeren in de noordwestelijke provincie Xinjiang te legitimeren. De betrokken groep wil een onafhankelijk Oost-Turkmenistan stichten.
Volgens Armitage is er een „grondige studie” gedaan naar de daden van de Oost-Turkmenistan Islamitische Beweging. Volgens de onderminister staat vast dat het een „terroristische groep is, die gewelddaden heeft gepleegd tegen ongewapende burgers.” Plaatsing op de lijst betekent dat bijvoorbeeld financiële tegoeden van de betrokken groepen of personen geblokkeerd kunnen worden. Volgens Peking hebben de separatisten zeker 162 mensen gedood.
Amnesty International heeft geregeld gewezen op de hardhandige onderdrukking van Oeigoeren en op de executie van vermeende militanten.