Balkenende zei te hopen dat de komende vier jaren „minder roerig” zullen zijn dan de voorgaande, toen drie kabinetten onder zijn leiding niet de eindstreep haalden. De eerste ervaringen met de nieuwe bewindsliedenploeg geven hem in ieder geval veel vertrouwen. Volgens Balkenende is iedereen zeer gemotiveerd en is er tussen de bewindslieden „duidelijk overeenstemming over het programma”.Voorafgaand aan de beëdiging op paleis Huis ten Bosch vond donderdag de eerste officiële vergadering van het nieuwe kabinet plaats, het zogeheten constituerend beraad. Daarin werd de portefeuilleverdeling tussen de ministers en staatssecretarissen definitief vastgelegd. Als nieuwe posten zijn er de minister voor Jeugd en Gezin en de minister voor Wonen, Wijken en Integratie. Ook werd gesproken over de financiële spelregels en de interpretatie van het regeerakkoord.

Volgens vicepremier en minister van Financiën Bos verliep de eerste bijeenkomst van het kabinet–Balkenende IV „in een hele goede sfeer”. Hij zei zijn collega’s nog eens te hebben voorgehouden dat ze niet meer geld van hem hoeven te verwachten dan is afgesproken. „Het is goed dat soort dingen duidelijk vast te leggen, anders heb je er vier jaar lang last van”, aldus Bos.

De nieuwe minister van Defensie Van Middelkoop (ChristenUnie) zei het niet erg te vinden om de komende vier jaar „saai te regeren”. „We zijn er niet alleen voor u en voor het theater’, zei hij tegen de pers. Volgens Van Middelkoop zitten in het kabinet „geen persoonlijkheden die problemen kunnen veroorzaken”.

Ook CDA–minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat proefde op de eerste dag al een echte teamspirit. Hij zei het allemaal „knetterspannend” te vinden. Eurlings is de jongste van de nieuwe ploeg, maar hij verwacht dat hij het als minister „retedruk” zal krijgen. „Het jonge zal er wel snel af gaan”.

Vrijdag is de eerste ministerraad. De bewindslieden spreken dan over de regeringsverklaring, die Balkenende volgende week donderdag in de Tweede Kamer uitspreekt. Vervolgens moeten de nieuwe bewindslieden in honderd dagen de doelstellingen van het regeerakkoord uitwerken in concrete voorstellen.