„Waddenmaffia” nekt handel van mosselman
DEN OEVER (ANP) - „De Waddenmaffia heeft voor mij de mosselkweek onmogelijk gemaakt. Er zit geen perspectief meer in.” Dat zegt Gert ten Bokkel, de laatste mosselman van het Noord-Hollandse Wieringen. Na 44 jaar in de branche moest hij er in januari een punt achter zetten, waarmee de mosselcultuur definitief uit Wieringen verdwijnt.
Ten Bokkels kotter WR55 en zijn percelen op de Waddenzee zijn overgenomen door het Zeeuwse mosselbedrijf Gebroeders De Jonge uit Tholen. De Wieringer mosselvisser is teleurgesteld: „De milieuclubs, maar ook het ministerie van Visserij hebben de kwekerij onmogelijk gemaakt. Er ligt hier genoeg, maar we mogen er niet aankomen. De lobby van de milieuorganisaties zorgt voor vangstbeperking vanuit Den Haag. De vogeltjes en hun voedsel zijn veel belangrijker dan het leiden van een klein bedrijf. Zo valt er voor mij geen eer meer aan te behalen.”De regels voor de mosselsector zijn onder meer vastgelegd in de Vogel- en habitatrichtlijn. Kwekers zien die regels als de grootste bedreiging voor het verkrijgen van voldoende mosselzaad, waarvan juist de beschermde Waddenzeehofleverancier is.
Uit het zaad kweken de vissers mosselen op speciale banken. Om voldoende winst te maken is een totale vangst van 100 miljoen kilo mosselen nodig, stellen de kwekers. Daarvoor is ongeveer 65 miljoen kilo zaad nodig. Uit cijfers van het Landbouw Economisch Instituut (LEI) blijkt echter dat kwekers in 2005 maar bijna 19 miljoen kilo mosselzaad aanvoerden, fors minder dan de behoefte in 2006 dus.
Huub de Jonge, die de mosselkotter en -percelen heeft overgenomen, erkent de problemen in de sector. „Als het zo doorgaat met de vangstbeperkingen, dan wordt het voor iedereen moeilijk om het hoofd boven water te houden. Het grootste probleem ligt bij de enorme beperkingen op het bevissen van de Waddenzee”, meent hij.
De laatste jaren was de opbrengst van de veertien percelen die De Jonge heeft in de Oosterschelde en in de Waddenzee naar eigen zeggen „dramatisch.” Hij haalde maar 500 à 600 mosseltonnen naar boven en dat was vroeger veel meer. „Het is te hopen dat de regels veranderen, want je kunt niet blijven inleveren”, waarschuwt de Zeeuw.
De sector heeft, denkt hij, wel begrip voor de regels die het ministerie opstelt voor het kweken van mosselen in de Waddenzee. Maar volgens De Jonge gaan de beleidsbepalers uit van een illusie: „Den Haag wil stabiele, oude mosselbanken op het wad. Daarom stellen ze quota vast voor de kwekers en bepalen ze waar wij mogen werken. Maar van oudsher waren er helemaal geen oude mosselbanken. Stormen spoelen banken uit elkaar en anders eten de zeesterren de mosselen wel op. Het ministerie wil dus iets wat niet bestaat.”
De nieuwe eigenaar ziet voor het Haagse beleid maar één verklaring. „Ze willen van de Waddenzee een grote dierentuin maken. Jammer, want het ging jaren goed met de mosselsector. En nu offeren ze alles op aan een illusie.”