„De Boer wist te veel van zijn moordenaars”
Titel: ”Een naoorlogse moord in mei ’45. De aanslag op mr. H. de Boer”
Auteur: Frits de Boer
Uitgeverij: Aspekt, Soesterberg, 2006
ISBN 90 5911 343 8
Pagina’s: 442
Prijs: € 22,95.
In de late avond van 30 mei 1945 wordt mr. H. de Boer, advocaat, in zijn woning doodgeschoten door een onbekende man. De dader is nooit officieel gevonden. In ”Een naoorlogse moord in mei ’45” analyseert de zoon van het slachtoffer de omstandigheden van de moord. Zijn conclusie: de jurist is vermoord door een dubieuze verzetsman, die vond dat de advocaat te veel wist van onoorbare praktijken. Als vaderlanders in hart en nieren, zo worden verzetsmensen in jongensboeken nogal eens omschreven. De werkelijkheid is echter een stuk genuanceerder. Zeker tegen het eind van de oorlog zijn verschillende pseudo-illegale groepen actief. Een deel van die pseudo-illegalen verrijkt zich met de opbrengst van overvallen. Waarschijnlijk pleegt diezelfde groep mensen ook in de eerste maanden na de oorlog verschillende moorden. In Rotterdam, Gorinchem, Leiden en Den Haag komen mensen onder verdachte omstandigheden om het leven.
De moord op de Haagse advocaat De Boer is een van die zaken die gedurende een aantal jaren bij herhaling in het nieuws komt. Meer dan zestig jaar later wordt de moord zelfs thema van de succesvolle film ”Zwartboek” van de Nederlandse regisseur Paul Verhoeven.
Advocaat De Boer, lid van de Gereformeerde Kerken, komt aan het einde van de oorlog in aanraking met de Kriminalkommissar J. H. L. Munt, hoofd van de Sicherheitsdienst (SD) en Sicherheitspolizei (Sipo) in Den Haag. De Boer onderhoudt die contacten met Munt om te kunnen pleiten voor zijn cliënten. Waarschijnlijk krijgt de jurist zo ook informatie over ”onoorbaar” gedrag van verzetsmensen. Die informatie noteert hij -alweer: naar alle waarschijnlijkheid- in een zwart cahier, dat nooit is teruggevonden.
Wapenruil
Met name de betrokkenheid van De Boer bij een wapenruil, waarbij wapens worden ingeleverd in ruil voor de vrijlating van verzetsmensen, wordt door een deel van het verzet met argusogen bekeken. Het levert de advocaat een brief op: „U dient te bedenken, dat U hier wapens, behorende tot groeperingen die onder mijn commando staan, tot ruilobject maakt, hetgeen ik ten sterkste afkeur”, zo laat een hoge verzetsman De Boer weten. Het protest van de advocaat tegen een ordinaire diefstal van sigaretten door verzetsmannen wordt door een deel van het verzet eveneens niet positief uitgelegd.
De schrijver maakt, aan de hand van verschillende verklaringen en archiefstukken, aannemelijk dat een Haagse verzetsman de moord op zijn vader heeft gepleegd. De verzetsman, die in 1982 overleed, was bepaald niet van onbesproken gedrag - voor de oorlog werd hij twaalf keer veroordeeld, onder andere wegens mishandeling. Verschillende keren pleitte de man voor liquidatie van De Boer, waarschijnlijk vanwege de veronderstelling dat de advocaat fout was. Maar ook omdat deze meer wist dan goed voor hem was.
Het verhaal over de moord -hoe triest ook- leent zich voor een boeiend boek. Maar wie denkt een dikke, spannende pil te kopen, komt bedrogen uit. Meer dan een kwart van het boek bestaat uit noten, verwijzingen en een register. De driekwart die resteren, hebben meer weg van een nota of rapport dan van een historisch werk. Dat heeft vooral te maken met de formele stijl van schrijven met talloze herhalingen. Ronduit vervelend is bijvoorbeeld het voortdurend gebruik van titels en voorletters bij personen die al eerder in het boek zijn genoemd. Zo wordt de hoofdpersoon van het boek op een behoorlijk aantal pagina’s ten minste vier keer aangeduid als ”mr. H. de Boer”.
Telefoonnummer
Het onderzoek dat de schrijver heeft verricht, is veelomvattend geweest. Veel verklaringen, stukken en andere relevante informatie heeft de auteur weten op te diepen uit archieven. Niettemin had het boek aan kracht kunnen winnen als een deskundig historicus zich met die onderzoeksgegevens had beziggehouden. Dan waren details als het telefoonnummer van de advocaat geschrapt, de bronnen nader toegelicht en in hun verband geplaatst. Dan had de moord in een groter geheel kunnen worden ingekaderd. Nu blijven het losse hoofdstukken, terwijl het een boeiend boek had kunnen zijn.