In toenemende mate niet stabiel
De politieke situatie binnen de Palestijnse Autoriteit is niet stabiel. Vorig jaar veroverde Hamas 76 van de 132 zetels in het parlement. Volgens een recent Palestijns onderzoek zou echter Fatah de aangekondigde vervroegde verkiezingen winnen. De aanhang van Hamas zou verminderen van 58 naar 36 procent. Het nieuws dat beide partijen in Syrië geheime onderhandelingen voeren over het alsnog vormen van een coalitie lijkt echter de berichten over het eerder naar de stembus gaan te verdringen.
Ook in Israël is niet echt sprake van evenwicht. Toen premier Sharon afscheid nam van Likud richtte hij een nieuwe politieke partij op: Kadima. Deze werd bij de verkiezingen van maart vorig jaar met 28 van de 120 zetels in de Knesset direct tot de grootste partij. Likud kreeg er niet meer dan 12. Volgens een recente peiling van het dagblad Ha’aretz zou Kadima nu naar de vierde plaats zakken. In december bleek de aanhang al gedaald naar 18. En nu zelfs tot 12. Terwijl Likud met 28 weer helemaal terug is.Daar komt bij dat de impopulariteit van Sharons opvolger Olmert groeit. Hij geniet weinig of geen vertrouwen. Dat kan Israël eigenlijk niet hebben. Daarvoor is de situatie in het Midden-Oosten te precair. Israël heeft een sterke regering nodig. Leiders waarop valt te vertrouwen. Mensen die in staat zijn het land met vaste hand door een crisis heen te leiden. Is het afnemen van vertrouwen in Olmert een teken van instabiliteit? Of vormen de terugkeer van Likud en de afkeer van Sharons opvolger juist signalen van een zich herstellend evenwicht?
Die constatering is te voorbarig. Er is sprake van allerlei haken en ogen. De chef de bureau van Olmert, Shula Zaken, en de directeur van de Israëlische belastingdienst, Jacky Matza, staan onder verdenking van betrokkenheid bij corruptie met belastinggeld. De inlichtingendienst zou al bijna een jaar bezig zijn met onderzoek. Er zijn nu Israëli’s die zich afvragen of Olmert daar echt niets van wist. Ook het feit dat Olmert in zijn ontmoeting met Mubarak niets heeft bereikt, schaadt zijn aanzien. Dat is allemaal erg jammer.
Die schade is des te groter omdat mensen uit de Israëlische ministeries van Buitenlandse zaken en Defensie Olmert begin januari per brief dringend adviseerden van zijn bezoek aan Sharm al-Sheikh af te zien. De Egyptische president zou eerst een bezoek aan Israël moeten toezeggen. Zelfs leden van Olmerts eigen partij Kadima hadden die brief mede ondertekend. Olmert ging toch. Dat deed het vertrouwen in zijn leiding opnieuw dalen.
Tijdens een recente bijeenkomst vertelde oud-premier Netanyahu van de inmiddels weer gegroeide Likud de aanwezigen dat het regeringsbeleid „misleidend” is. Hij laakte „de welwillendheid van Olmert om de Joodse dromen op te geven en akkoord te gaan met het weggeven van Joods land.” Yuval Steinitz, lid van de Knesset voor Likud, verweet Olmert dat het hem ontbreekt aan historisch bewustzijn. De slogan tijdens de meeting was: ”Naar huis Olmert, je tijd is voorbij!”.
De Verenigde Staten hebben ondertussen, bij monde van minister Rice, verteld zich intensiever te willen bemoeien met het Israëlisch-Palestijnse conflict. De vraag is of zo’n besluit werkelijk positieve invloed kan hebben. Het aanzien van Washington lijkt in de wereld eerder af dan toe te nemen. Steeds meer landen trekken hun troepen terug uit Irak. De Iraakse premier durft bij de benoeming van de hoogste militaire functionaris in Bagdad het protest van de regering Bush te negeren.
Er is sprake van drukke ministers, grote reizen, intensief overleg tussen machthebbers. En toch lijkt het gebrek aan stabiliteit in het Midden-Oosten alleen maar toe te nemen. Moeilijk valt te overzien wat daarvan op langere termijn de gevolgen zullen zijn. Mensen kunnen veel, maar niet alles.