De toets werd in oktober afgenomen op initiatief van hoogleraar en decaan Dick Mentink. Hij liet de studenten een strafrechtelijk betoog schrijven. Daaruit bleek dat bijna de helft van de studenten moeite had met spelling, zinsconstructies, interpunctie en schrijfstijl.De taaltoets was een proef waaraan de studenten op vrijwillige basis konden deelnemen. In mei 2006 had de eerste toets plaats aan het eind van het eerste studiejaar. „De studenten scoorden toen veel beter dan de eerstejaars die afgelopen oktober aan het begin van het nieuwe studiejaar meededen", zegt Mentink.

Of de gebrekkige taalvaardigheid te maken heeft met het niveau van het voortgezet onderwijs, wil hij niet zeggen. „Dat mag u zelf invullen. Ik heb het initiatief genomen omdat taalvaardigheid al jaren een herkenbaar probleem is", aldus de hoogleraar.

Volgens Mentink is een goede kennis van de Nederlandse taal cruciaal voor rechtenstudenten. „Iemand die wiskunde doet moet formules en berekeningen goed kunnen neerzetten. Bij rechten draait alles om taal, hoe je formuleert en je je uitdrukt in woord en geschrift".

De studenten die hebben meegedaan is met de toets een spiegel voorgehouden, maar ze zijn niet aan hun lot overgelaten. De EUR heeft extra taalcolleges georganiseerd om de taalvaardigheid van de zwakke broeders bij te spijkeren. Of de taaltoets verplicht wordt, is nog niet bekend. Mentink verwacht wel dat mensen die zwak scoren bij zowel een toelatingstoets als een taaltoets het moeilijk zullen krijgen om in Rotterdam rechten te gaan studeren.