Besmet verleden
Na een turbulente week heeft de Poolse bisschop Wielgus zondagmorgen, vlak voor zijn installatie, alsnog zijn ontslag ingediend. Net een maand eerder was hij door het Vaticaan aangewezen als opvolger van aartsbisschop Glemp. Daarmee zou hij aan het hoofd komen te staan van de Rooms-Katholieke Kerk in Polen.
De Warschause bisschop heeft in het verleden samengewerkt met de veiligheidsdienst van het communistische regime. Dat leverde hem voorrechten op, zoals de mogelijkheid om in het Westen te studeren. Tot afgelopen vrijdag ontkende hij alles, maar dat heeft hij uiteindelijk niet vol kunnen houden.Het ontslag van Wielgus betekent een gevoelige tik voor het Vaticaan. Polen hoort, met Italië en Portugal, tot de belangrijkste bastions van de roomse kerk in Europa. Volgens officiële statistieken is 94 procent van de Polen katholiek, al is minder dan de helft van hen ook praktiserend.
De gebeurtenissen van afgelopen week kunnen het vertrouwen in de moederkerk echter flink schaden. Tijdens zijn bezoek aan Polen, afgelopen voorjaar, waarschuwde paus Benedictus juist voor de toenemende secularisatie en modernisering en riep hij de Polen ertoe op zich aan de eeuwenoude tradities te houden. De ontwikkelingen van de laatste weken zullen echter afbreuk doen aan zo’n boodschap.
Aan de andere kant is het de vraag of de Polen werkelijk verbaasd zijn over de collaboratie van Wielgus. De inlichtingendiensten achter het voormalige IJzeren Gordijn stonden erom bekend dat ze probeerden te infiltreren in de kerken, omdat daar mensen werkten die het vertrouwen van de bevolking genoten. De infiltratie had trouwens evenzeer plaats in evangelische en lutherse kringen.
Nu het ene na het andere land in het voormalige Oostblok zijn archieven opent, blijkt die collaboratie nog grotere vormen te hebben aangenomen dan destijds werd vermoed. In Roemenië had de Securitate een netwerk van ten minste 700.000 infiltranten om de 23 miljoen inwoners in de gaten te houden. Afgelopen september kwam aan het licht dat een Roemeense aartsbisschop in het verleden met de Securitate had samengewerkt. Ook in Polen, waar de Rooms-Katholieke Kerk zich het sterkst tegen het communisme heeft verzet, is naar schatting 10 tot 15 procent van de geestelijken toch gezwicht voor de verleidingen van de geheime dienst.
Het verleden van Wielgus valt niet goed te praten. Voor een juist beeld ervan moet echter meegewogen worden dat de inlichtingendiensten destijds enorme druk uitoefenden op hun informanten. Westerlingen kunnen zich niet voorstellen hoe het is om onder een dictatuur te leven. Wie meent te staan, zie toe dat hij niet valle.
Daar komt bij dat de archieven van de diensten over de informanten lang niet altijd betrouwbaar waren en allerminst volledig. Voor een compleet beeld is daarom uitgebreider onderzoek nodig. Het pijnlijke aan deze kwestie is juist dat de bisschop, ook nadat er in de media allerlei geruchten opdoken, zijn gedrag stelselmatig heeft verzwegen. Ook de rol van het Vaticaan valt moeilijk te begrijpen: het was beter geweest om de installatie op te schorten in afwachting van zo’n uitvoerig onderzoek.