Cultuur & boeken

Bijbelse boodschap 180 graden omgedraaid

Titel:

Dr. W. H. Velema
14 August 2002 13:15Gewijzigd op 13 November 2020 23:44

”Jezus. Een crisis in het leven van God”
Auteur: Jack Miles; vertaling Carola Kloos en Albert Witteveen
Uitgeverij: Anthos, Amsterdam, 2002
ISBN 90 414 0264 0
Pagina’s: 397
Prijs: € 29,90. De auteur Jack Miles schreef een veelgeprezen boek onder de titel ”God. Een biografie”. Het werd bekroond met de Pulitzerprijs, een van de hoogste Amerikaanse onderscheidingen voor een literair werk. De glorie ervan wordt door de uitgever over het vervolg uitgegoten. Om die reden ben ik met veel belangstelling en ook met veel verwachting aan het lezen van ”Jezus. Een crisis in het leven van God” begonnen.

Eerlijk gezegd duurde het nogal even voor ik er echt helemaal in kon komen. De moeite die ik ondervond had verschillende oorzaken. Niet alleen de inhoud van dit boek stuit mij tegen de borst. Grote bezwaren heb ik ook tegen Miles’ visie op de Bijbel, en daarmee op de boodschap van de Bijbel zoals hij die uitlegt. Daarbij komt dan nog de vraag: Wat wil de schrijver met dit boek bewerken?

Mijn drie bezwaren liggen op kerygmatisch, hermeneutisch en experiënteel-effectief terrein. Nogal moeilijke termen, maar ik heb ze nodig om uitdrukking te geven aan wat het boek losmaakte, of beter: aan de vragen die het bij mij opriep.

De boodschap van Miles’ boek (het kerygmatische aspect) bestaat kort gezegd hierin: God neemt de schuld van zonde en kwaad op Zich. In Jezus, de godmens, of de vleesgeworden God, komt hij -ik gebruik hier een kleine letter, omdat ik deze god niet met de God van de Bijbel kan gelijkstellen- op aarde en draagt hij de schuld van de zonde. En dat niet plaatsvervangend, maar als de werkelijk schuldige. Hierdoor worden de zonde en de duivel overwonnen.

Dat is volgens Miles de eigenlijke bevrijdende boodschap van de Bijbel. Met grote tegenzin citeer ik de volgende passage: „De ongehoorzaamheid van de eerste mensen was een zonde: toch was het niet de enormiteit van die zonde, maar veeleer Gods meedogenloosheid die de dood in de wereld bracht. Hoewel zondaars voor hun eigen bestwil berouw moeten tonen en vergeven moeten worden, is het dus uiteindelijk God, die boete moet doen voor zijn wraakzuchtige en destructieve reactie op hun zonde, door hun de onsterfelijkheid terug te geven. Gods eigen oude, langdurige wraak is de zonde, die de Heer zelf als Lam Gods wegneemt, als hij de vloek van de dood vervangt door de zegen van het eeuwige leven. Eens eiste hij dat ze aan hem offerden; nu offert hij zichzelf voor hen” (blz. 244).

De geschiedenissen uit de evangeliën worden in dit kader gepast, om niet te zeggen geperst. Het vrijwillige offer van Jezus wordt zelfs als een vorm van zelfmoord omschreven.

De lezer begrijpt dat in dit boek de boodschap van de Bijbel (het kerygma) precies 180 graden wordt omgedraaid. God heeft de schuld en neemt die op Zich; Jezus, de godmens, draagt die weg.

Ongeloofwaardig
Als tweede aspect noem ik het hermeneutische. Hoe ziet de schrijver de Bijbel?

Niet als een boodschap van werkelijke gebeurtenissen, maar als een literair product, waaruit mensen iets kunnen leren; afgedacht van de vraag in hoeverre het om werkelijk gebeurde dingen gaat. De auteur gebruikt het beeld van gebrandschilderd glas. Een lezer moet niet door dat glas heen willen zien naar de werkelijkheid die erachter ligt. Nee, hij moet de figuren en kleuren op zich laten inwerken.

Dan zijn we ook bij het derde aspect: de uitwerking, ofwel de experiëntele verwerking. Het komt mij volstrekt ongeloofwaardig over dat Miles toch kan zeggen: De dood is overwonnen; er is eeuwig leven. Door zijn twijfel over de historische werkelijkheid van de feiten heeft hij mijns inziens de poten wel weggezaagd onder de stoel waarmee hij zijn lezers steun wil verlenen.

Het blijft voor mij, ook na herhaalde lezing, een vreemd boek. Kennelijk heeft zijn eerste publicatie -over de geschiedenis (als biografie) van God- Miles niet bevredigd. Er moest iets op volgen. Hij kon niet zonder de aanvulling van het Nieuwe Testament.

De ondertitel ”Een crisis in het leven van God” ter typering van Jezus, lijkt mij ook vanuit het gezichtspunt van de schrijver niet juist. Miles had moeten zeggen: Jezus lost de crisis in het leven van God op. Maar zelfs zover komt hij niet.

Wat wil hij de lezer met dit boek bieden? Men spreekt tegenwoordig over postmodernisme. Ik zou in dit geval het woord superpostmodernisme willen gebruiken. God wordt belast met de schuld van de mens en Hij moet deze door Hemzelf veroorzaakte schuld op Zich nemen.

Blasfemie
Ik kan eigenlijk maar één conclusie trekken: Het gaat hier om een verhaal, een literair product, waarin de openbaring van God niet gezaghebbend in doorklinkt.

Een en andermaal herhaalt Miles de inhoud van zijn eerste boek. Doet hij dat in de hoop dat deze tweede uitgave eenzelfde succes zal worden?

Ik kan helaas niet anders zeggen dan dit: Mensen projecteren hun schuld op God en verwachten zo vrijuit te gaan. Deel drie (blz. 171-229) draagt als titel ”De Heer van de blasfemie”. Inderdaad, dit boek gaat over de grens van de blasfemie heen.

Wie dit oordeel te scherp vindt, leze de paragraaf ”Zelfmoord van de vleesgeworden God in de christelijke theologie”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer