OM eist straf na onzedelijk gedrag
ARNHEM - Voor de rechtbank in Arnhem is vrijdag tegen de 61-jarige G. van L. een voorwaardelijke werkstraf geëist van 200 uur omdat hij in Barneveld onzedelijke handelingen zou hebben gepleegd met twee minderjarige jongens.
Het misbruik zou in de jaren negentig zijn begonnen toen de man als maatschappelijk werker het gezin waarvan de kinderen deel uitmaakten onder zijn hoede nam. De broers waren iets ouder dan 10 jaar en kwamen geregeld bij de 61-jarige over de vloer.Van L. zou het duo verschillende keren onzedelijk hebben betast. Pas na jaren werd er aangifte gedaan tegen de vermeende pleger, die momenteel niet meer in Barneveld woont.
De verdachte stelde tijdens de rechtszitting dat er wel een keer iets was gebeurd wat niet door de beugel kon. „Ik heb de jongens wel eens aangeraakt, maar dat was niet meer dan kameraadschappelijk stoeien. Door dat te doen ben ik fout geweest”, gaf de 61-jarige toe. Hij ontkende dat er sprake was van ontucht. Van L. voegde eraan toe dat het misbruik lang niet zo ernstig was als de broers vertelden.
Ook de officier van justitie meende dat de aangiften van de slachtoffers niet helemaal betrouwbaar waren. De twee zeiden dat de ontucht begon toen een van hen ongeveer zes jaar oud was. Maar voor die bewering ligt geen bewijs op tafel, want de aanklager meende dat beiden aanmerkelijk ouder waren toen de 61-jarige hen benaderde.
„Het ging meer om een uit de hand gelopen genegenheid”, aldus de officier. Omdat het om oude feiten gaat, de verdachte een blanco strafblad heeft en volgens de reclassering de kans op herhaling klein is, eiste de aanklager een geheel voorwaardelijke werkstraf.
De advocate van de verdachte vroeg de rechtbank het oordeel van het openbaar ministerie te volgen. De uitspraak is op 12 januari.