Niet tégen pubers praten, maar mét hen
Titel: ”Praten met je puber”
Auteur: Annette Heffels
Uitgeverij: Het Spectrum, Utrecht, 2006
ISBN 978 90 274 25477
Pagina’s: 335
Prijs: € 18,50.
In de puberteit veranderen redelijk volgzame kinderen tot individuen die het zelf wel denken te weten. Veel ouders vinden dat een behoorlijk lastig proces. Annette Heffels schreef ”Praten met je puber”, een handreiking om ouders in deze onstuimige periode contact te laten houden met hun puber. De auteur heeft zelf drie kinderen, de jongste zit middenin de puberteit. Voor het boek putte ze uit haar eigen ervaring als moeder en uit gesprekken met pubers in haar werk als psychotherapeut.
Het leuke van dit dikke boek is dat theoretische stukken en praktische gedeelten elkaar afwisselen. Heffels schrijft met humor en laat ook zien hoe zijzelf als moeder stapjes terug moest doen. De ingevoegde columns zijn persoonlijk en treffend. Als kundig psycholoog laat ze een veelheid aan onderwerpen aan bod komen uit de leefwereld van een normale puber.
De puberteit is een periode waarin kinderen duidelijk meer afstand nemen van hun ouders. De een is daarin heftiger dan de ander, maar duidelijk is dat de band met ouders wijder moet worden. Ouders, die vóór de puberteit nog erg belangrijk waren, zijn nu ineens mensen voor wie de puber zich gaat schamen. Het scheelt dan als je weet wat er zich afspeelt in de gedachten en gevoelens van je puber. Vandaar dat Heffels daar uitgebreid aandacht aan schenkt.
Ze laat zien waarom de mening van leeftijdgenoten zo belangrijk wordt. Je ouders blijven toch wel van je houden, hoe vervelend of onredelijk je je ook gedraagt. Leeftijdgenoten zijn harder. Als zij je niet accepteren, lig je eruit. Vrienden moet je te vriend houden.
Luisteren
Veel opvattingen van ouders staan voor pubers niet meer automatisch vast. Alles wordt bevraagd en bekritiseerd. En dan gaat het gemakkelijk fout in een gesprek. Ouders moeten leren niet tégen hun puber te praten, maar mét hem. Dat is heel moeilijk, omdat ouders vaak veel meer gericht zijn op wat zij aan hun kind duidelijk willen maken, dan op wat hun puber hun te vertellen heeft. Maar een gesprek zonder luisteraars leidt nergens toe. Heffels: „De meest geuite klacht van mensen die problemen hebben met elkaar is: ik kan niet met hem praten. Een juistere omschrijving zou zijn: ik kan niet naar hem luisteren.”
Ouders zijn vaak bezig om -met de beste bedoelingen- hun puber dingen aan het verstand te brengen die hij echt moet weten. Wijze lessen en dingen die ze zelf in hun leven hebben geleerd. Maar als je puber er niet voor openstaat, werkt dit averechts. De auteur maakt duidelijk welke valkuilen je in gesprek met je puber moet vermijden.
Het mag duidelijk zijn dat Heffels grote waarde hecht aan het gesprek met de puber. Maar ze benadrukt tegelijkertijd dat ouders niet bang moeten zijn om grenzen te stellen. Ze ziet de gevaren van een doorgeslagen kindgerichte opvoeding. Het resultaat? Een kind dat impulsief is en geen doorzettingsvermogen heeft. Heffels pleit ervoor om regels te stellen, zodat kinderen weten waar ze aan toe zijn. Dat dit soort dingen tegenwoordig kunnen worden gezegd zonder voor ouderwets versleten te worden, is winst. In mijn woorden gezegd: kinderen zijn beter af als er gezag is.
Redelijke straf
In de puberteit sta je als ouder voor de taak om de gestelde regels niet te strak te houden, maar ook niet te veel te laten vieren. Strakke regels zullen een puber uitdagen tot verzet en overtreding. Te veel vrijheid geeft onduidelijkheid. Heffels laat zien dat pubers meesters zijn in het verzinnen van uitvluchten na een overtreding. Het ligt nooit aan henzelf. Toch zullen ze een redelijke straf op het overtreden van een regel gemakkelijk accepteren.
De puberteit kent gevaren. Heffels maakt een verdeling in drie groepen hangjongeren en geeft aan dat ouders moeten weten met wie hun kind rondhangt en wat het doet. Een minpunt is dat ze niet aangeeft wat je moet doen als je kind in een verkeerde groep zit. Vrienden kunnen verleiden tot drank- en drugsgebruik. Heffels tilt niet zwaar aan experimenteergedrag, omdat veel van dit gedrag vanzelf overgaat. Dat mag zo zijn, maar als het gaat om haar eigen kinderen wil ze helemaal geen softdrugsgebruik zien. Daar kan ik me wel weer in vinden.
De leefwereld en het mensbeeld van Heffels zijn ingekleurd door de moderne samenleving. Een christen zal daarom soms andere keuzes maken, bijvoorbeeld op het gebied van seksualiteit.
Weinig spraakzaam
Een heel boek over praten met je puber. Maar sommige pubers zijn niet spraakzaam. En sommige ouders evenmin. Wat dan? Heffels geeft in een paar regels aan dat verbondenheid dan meer ligt in het samen doen. Haar advies is dat je daar wel tijd in moet steken. Duidelijk is dat haar voorkeur naar praten uitgaat. Ze doet genoeg handreikingen om echt iets van het gesprek te maken en te voorkomen dat het onmiddellijk botst.