Het rechercheteam dat het onderzoek naar de moord in 1999 opnieuw oppakte, heeft volgens Moszkowicz „kennelijk de opnieuw gehoorde getuigen beïnvloed”. „Het bevreemdt mij dat de mensen op hun verklaringen van 1993 terugkomen”, aldus de raadsman.

Getuige A. van Nuyl uit Hoogeveen zei maandag tijdens de zitting dat hij in de loop van de jaren was gaan twijfelen aan de compositietekening die destijds op zijn aanwijzingen was gemaakt. Hij had Andrea op de bewuste dag met een jongen op de Gijsselterweg gezien. Hij beschreef toen een jongen met bril en stekelhaar, maar twijfelt nu of de jongen wel een bril droeg. Ook het haar stond hem nu anders voor de geest.

De twee overige maandag gehoorde getuigen herinnerden zich te weinig van de bewuste dag om K. met zekerheid aan te wijzen als degene die zij op de dag van de moord zagen.

Twee van de vijf door het OM opgeroepen getuigen kwamen maandag niet opdagen. De ene belde vrijdag af omdat hij maandag „wel andere dingen te doen had”, de ander liet om nog onduidelijke redenen niets van zich horen.