Overheid moet de vrije keuze werkelijk honoreren
Iedereen in Nederland moet kunnen doen waar hij of zij zin in heeft, maar als je vrije keuze een andere is dan die voor individualisme, word je zwaar gepakt, zegt Peter Schalk.
Er is niet veel overgebleven van het D66 uit de paarse glorietijd. Maar de geest van D66 waart nog rond. Onafhankelijkheid, iedereen een zelfstandige economische eenheid, ieder maakt zijn eigen keuze. Zelfs vier jaar na paars geldt dat adagium nog, en inmiddels breder dan onder de paarse partijen alleen. Het is herkenbaar in de politieke besluitvorming, merkbaar op diverse terreinen van het maatschappelijk leven en voelbaar in de portemonnee van hen die zich niet willen aanpassen aan de nieuwe werkelijkheid. Toch maakt juist deze laatste groep een eigen keuze. Die wordt echter niet gehonoreerd. Hoe doorbreken we deze paradox?Door het onderzoek van prof. dr. Leo Stevens (RD van vrijdag) werd opnieuw duidelijk dat alle maatregelen van het kabinet zijn gericht op arbeidsparticipatie. Dat is gewoon merkbaar in het besteedbare inkomen van de Nederlandse burger. Voorbeelden zijn er te over, maar in dit artikel worden er drie uitgewerkt in hun samenhang: belastingen, WW-premie en kinderopvang.
Eerst de belastingen. Prof. Stevens legde opnieuw bloot dat er een rare kronkel in het belastingsysteem zit. In gewonemensentaal: Over het salaris wordt belasting betaald, die steeds oploopt. Tot 17.000 euro betaal je 34 procent, wat je daarboven verdient wordt weer zwaarder belast enzovoort. Iemand die bijvoorbeeld 34.000 euro verdient, betaalt over de tweede 17.000 euro 42 procent belasting.
Stel nu dat er een echtpaar is waarvan man en vrouw allebei drie dagen werken, en ze verdienen allebei 17.000 euro, dan betalen ze allebei maar 34 procent belasting. Maar gezamenlijk verdienen ze wel 34.000 euro. Over hun totale gezamenlijke inkomen van 34.000 euro betalen zij toch maar 34 procent belasting.
Daartegenover staat een echtpaar dat kiest voor eenverdienerschap door de man, terwijl de echtgenote voor de kinderen zorgt of vrijwilligerswerk doet. De man verdient alleen 34.000 euro en betaalt over de eerste 17.000 euro 34 procent, maar de tweede 17.000 euro wordt met 42 procent belast. Tel uit je verlies.
Loonruimte
En dan het tweede voorbeeld. Het salaris van allebei de gezinnen groeit jaarlijks, bijvoorbeeld door de salarisverhoging die in de cao’s worden afgesproken. Die salarisverhoging wordt uitonderhandeld aan de hand van de beschikbare loonruimte. Die loonruimte wordt nu echter aangetast, omdat de wetgever heeft besloten dat alle werkgevers per 1 januari 2007 gaan meebetalen via een verhoging van de WW-premie. Dat kost dus loonruimte, en dat gaat ten koste van salarisverhogingen.
Het vreemde is nu dat de eenverdiener uit het eerste voorbeeld via de loonruimte gaat meebetalen aan kinderopvang waar hij geen gebruik van maakt. Hij heeft al gekozen voor eenverdienerschap en eigen zorg voor de kinderen binnen het gezin. Dat kost hem al veel meer belasting, en nu komt deze teruggang in groeimogelijkheden er nog eens bovenop, zonder dat hij er iets voor terugkrijgt.
En zo lopen we het derde voorbeeld binnen: Uit de algemene middelen gaat een groeiend bedrag naar kinderopvang. Gezinnen met een laag inkomen betalen er nauwelijks voor; het magazine Elsevier liet zien dat ouders met een laag inkomen voor het eerste kind 44 eurocent per uur moeten betalen, en voor het tweede kind slechts 26 eurocent. Belachelijke bedragen, die alleen maar mogelijk zijn omdat de overheid zo veel bijdraagt met gemeenschapsgeld. Dat wordt ingezet voor een klein gedeelte van de bevolking, dat ook op andere manieren al bevoordeeld wordt.
Individualisme
Kortom, in alle toonaarden wordt verkondigd dat iedereen in Nederland moet kunnen doen waar hij of zij zin in heeft, vrije keuze voor iedereen. Alleen, als je vrije keuze een andere is dan de inmiddels in zwang geraakte keuze voor individualisme, dan word je zwaar gepakt.
Deze paradox kan alleen worden opgelost als de overheid werkelijk de vrije keuze honoreert van hen die kiezen voor gemeenschapszin, vanuit verantwoordelijkheidsgevoel.
De auteur is directeur van de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU).