Cultuur & boeken

Rauwe gevangenisverhalen

Titel: ”Even luchten. Openhartige verhalen uit de gevangenis”
Auteur: Cees Boeij, uitg. Walburg Pers, Zutphen, 2006
ISBN 90 5730 423 6
Pagina’s: 351
Prijs: € 29,95.

J. Visscher
13 December 2006 08:17Gewijzigd op 14 November 2020 04:21

„Mijn vader dronk veel. Ik heb ervoor gebeden dat mijn vader dood zou gaan. Er hing altijd spanning en dreiging in de lucht als hij gedronken had.” De ontboezeming van een Poolse drugskoerier is een van de talloze hartenkreten in het boek ”Even luchten. Openhartige verhalen uit de gevangenis”. Auteur Cees Boeij, zelf jarenlang directeur van de Amsterdamse penitentiaire inrichtingen, waaronder de Bijlmerbajes, sprak met tientallen gedetineerden en personeelsleden in gevangenissen. Het levert een indringend, rauw beeld op van het leven achter de tralies. Zoveel is voor Boeij „volstrekt” duidelijk: „Gedetineerden worden door hun ouders gekweekt.”

Dat een gebrek aan geborgenheid in het gezin maar al te vaak leidt tot problemen later, blijkt bijvoorbeeld uit het verhaal van Hans de J. (pseudoniem), veroordeeld wegens fraude. „Mijn moeder was in mijn kinderjaren flink aan de alcohol en dat heeft een zware stempel op mijn jeugd gezet. Ze was soms zo dronken dat zij zich achteraf niet meer kon herinneren mij met een aardappelschilmesje achterna te hebben gezeten. Zij loog ook vaak. Zo kwam zij thuis met het verhaal dat de dokter haar een bierkuur had voorgeschreven.”

Angstig
Ook uit ”Even luchten” blijkt dat zedendelinquenten het in de gevangenis doorgaans niet makkelijk hebben. „Er zat hier een kinderlokker”, vertelt de voor geweldpleging veroordeelde gevangene Don C., „en die is iemand tegen het lijf gelopen die daar niet tegen kan. Die heeft dus klappen gehad.” Drugshandelaar Marijn de Z. daarover: „Een tijdje terug zat er hier een voor kinderverkrachting. Dat kun je merken, want zo een is anders, onhandig in contacten, angstig, een sukkel. Mijn groepje bestaat uit allemaal vaders. Wij spraken af dat wij hem te grazen zouden nemen. Wij hebben hem op zijn gezicht geslagen en getrapt.”

Niet zelden zijn gedetineerden vooral op zichzelf gericht, zonder zich veel om het lot van slachtoffers te bekommeren. Don C. opnieuw: „Ik denk aan alles, ook aan mijn familie, maar niet te veel. Ik denk ook aan mijn slachtoffers, maar niet te veel, want anders kun je als crimineel niet functioneren. Een gevangenisdirecteur heeft ook geen slapeloze nachten omdat er gedetineerden worden opgesloten.”

Puzzel
In ”Even luchten” valt ene Frederik H. (pseudoniem) te traceren als voormalig Hells Angel Louis H., een beruchte crimineel. Hij werd, mede na speurwerk van misdaadverslaggever Peter R. de Vries, in 2003 veroordeeld voor meerdere moorden. In de bajes is Louis H., „met het uiterlijk van een oude hippie duidelijk een man met gezag”, noteert de schrijver.

Louis H. zelf beweert onschuldig te zijn. „Natuurlijk zijn er talloze redenen waarom ik woedend moet zijn, maar het lukt mij prima om mijzelf onder controle te houden. De rechterlijke macht in Nederland vibreert te veel mee op de bewegingen in de maatschappij die om wraak roepen. Met mijn strafblad pas ik goed in dat plaatje en ben ik een van degenen die eens goed aangepakt moeten worden. Justitie is een heel slechte verliezer die de puzzel met geweld wil laten kloppen.”

Ook over zijn tegenstrever Peter R. de Vries is Louis H. weinig vleiend. „De Vries wil altijd aandacht; hij wil zelfs de hoofdpersoon van zijn eigen begrafenis zijn. Hij is zo narcistisch dat hij tbs zou moeten krijgen.”

Fietsendief
Naast schrijnende verhalen over drugshandel, zwendel, moord en verkrachting staat in ”Even luchten” ook de geschiedenis van een drugsverslaafde notoire fietsendief. Ook daar word je niet vrolijk van. „Elk slot is te kraken met zoutzuur. Een wat minder drastische methode is werken met de betonschaar. Die jatte ik bij de Praxis. Ik denk dat ik gemiddeld vijf of zes fietsen per dag heb gestolen en dat zeven dagen per week, 365 dagen per jaar. Dat zijn per jaar ruim 2000 fietsen. Ik heb dat tien jaar lang gedaan, dus het gaat om 20.000 fietsen. Ik snap best dat ik een heleboel mensen ongelukkig heb gemaakt, maar ik heb er ook een boel blij gemaakt, omdat ze bij mij voor weinig geld een fiets hebben kunnen kopen.”

Gerard Vergoossen, penitentiaire inrichtingswerker, vindt het gevangenisregime veel te soft. „Sommige gedetineerden komen hier met opzet om een beschermd leventje te leiden. Men komt zich hier een paar maanden laten verzorgen en wij bieden onze diensten maar aan: dokter, tandarts, maatschappelijk werker, drugshulpverlening, studie. Het gevangeniswezen is te sociaal. Wij stellen de gedetineerde onvoldoende zelf verantwoordelijk. Gedetineerden moeten veel geconfronteerd worden met wat zij veroorzaken.”

Vergoossen staat niet alleen in zijn zorgen, ook tasjesrover Michel F. vindt dat Nederland wel erg lief is. „Nederland is in vergelijking met Amerika veel te soft. Ik ben veel te vaak naar huis gestuurd en daarna hoorde je nooit meer wat. Ik zat een keer vast voor diefstal van 47 auto’s en ik kwam na drie dagen weer vrij. Ik had daar vijf tot acht jaar voor moeten krijgen.”

Geld
Behalve meer dan eens bedenkelijke verhalen van gedetineerden over seksualiteit („Het is leuk om naar de pornofilm te kijken, behalve op maandag, want dan draait er een nichtenfilm”), biedt ”Even luchten” ook het relaas van gevangenispastor Hittjo Hummelen. Hij is werkzaam in gevangenissen in Heerhugowaard. „Ik kom namens Jezus Christus die nota bene zelf veroordeeld is geweest en die bovendien nog onschuldig was. Daar herkennen gedetineerden wat van zichzelf in.”

De predikant zegt meer de „zachte kant van de theologie” te benadrukken in zijn contacten met gevangenen. „Ik vind dat ik geen zout in de wonden hoef te wrijven door het delict te benadrukken. Ik moet ze duidelijk maken dat zij voor God de moeite waard zijn, maar dat zij moeten veranderen. Veroordelen zal ik niet gauw doen. Het gevaar bestaat dat een gedetineerde daarmee gemakkelijk wegkomt en misschien moet ik in een aantal gevallen vaker die confrontatie aangaan.”

Zelf krijgen gedetineerden in de gesprekken met Boeij ook de gelegenheid bespiegelingen over het geloof te geven. Dat levert uiteenlopende reacties op. De een: „Religie speelt voor mij nauwelijks een rol. De bijbel zegt mij helemaal niks.” De ander: „Af en toe bid ik, wil ik even met God bijpraten. Ik denk niet na over mijn zonden. Het geld is bezeten van de duivel. God is iemand die van dag tot dag tevreden is met wat hij heeft.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer