Cultuur & boeken

Het meten van de wereld

Titel: ”Het meten van de wereld”
Auteur: Daniel Kehlmann (vertaling Jacq Vogelaar)
Uitgeverij: Querido, Amsterdam, 2006
ISBN 90 214 7030 6
Pagina’s: 289
Prijs: € 19,95.

W. G. Hulsman
13 December 2006 08:03Gewijzigd op 14 November 2020 04:21

Hoe meet je de aarde op? Er zijn twee methoden. Ga rekenen en rekenen of bereis grote delen van de wereld. Twee Duitsers kozen rond 1800 elk voor een van deze twee methoden. Dat levert twee interessante levensverhalen op. Die beschrijft Daniel Kehlmann in zijn veelverkochte boek ”Het meten van de wereld”. Het is geen wetenschapshistorie wat Kehlmann op papier heeft gezet, daarvoor is het boek te veel geromantiseerd. De lezer krijgt echter op een begrijpelijke manier wel veel mee over aardrijkskunde, geologie, wiskunde en sterrenkunde. Het boek geeft een goed beeld van de stand van de wetenschap begin 19e eeuw.

De vele wetenswaardigheden nemen de vaart niet uit het boek. Knap gedaan. Een Duitse recensent prees Kehlmann voor het feit dat zijn boek wellicht de interesse voor een vak als wiskunde kan wekken.

In het boek staan twee geheel verschillende Duitsers centraal. De vreemde wiskundige en astronoom Carl Friedrich Gauss (1777-1855) en de adellijke ontdekkingsreiziger Alexander von Humboldt (1769-1859), wiens kennishonger niet te stuiten is. Von Humboldt groeit op in vooraanstaande kring. Al jong besluit hij op reis te gaan. Hij bezoekt een vulkaan op de Canarische Eilanden, vaart in Venezuela de rivier op, op zoek naar het natuurlijke kanaal met de Amazone, beklimt in de Andes hoge bergen en daalt diep af in grotten. Onverstoorbaar gaat hij door, ook als zijn leven in gevaar is, ook als hij het giftigste gif proeft of als er een jaguar voor zijn neus staat.

Op leeftijd gekomen gaat Von Humboldt nog een keer op reis. Dit keer naar het oosten, tot ver in Siberië. Kehlmann laat in dit gedeelte van het boek bijzonder knap zien dat Von Humboldt oud wordt, niet meer zo helder kan denken en soms verward is. Literaire kunst.

Verstrooid
Gauss is een heel ander type, afkomstig uit een eenvoudig gezin. Hij verbaast op zevenjarige leeftijd iedereen met zijn intelligentie en kan later dankzij de financiering door een hertog lang studeren. Hij wordt hoofd van de sterrenwacht in Göttingen en verdiept zich vooral in het berekenen van oppervlakten op bollen. Later bestudeert hij het magnetisch veld om de aarde. Gauss is iemand van het type ”verstrooide professor”.

Het is geen wonder dat als de twee elkaar in 1828 ontmoeten het helemaal niet gaat tussen de geleerde en de ontdekkingsreiziger. Onbegrip en onwil maken de kennismaking tot een vervelende gebeurtenis voor beiden. De lezer voelt de spanning dankzij de kundige schrijfstijl van Kehlmann.

Daniel Kehlmann (1975) doet het goed met zijn jongste boek. Het staat hoog op de lijst van bestverkochte boeken in Duitsland en stond genomineerd voor de Duitse Boekenprijs 2005. Een prestatie voor een 31-jarige schrijver.

Minpunten
Het boek heeft twee grote minpunten. Het bevat een paar passages waarin seksualiteit expliciet is beschreven. Moderne schrijvers lijken het onderwerp niet te kunnen laten liggen. Zonder seks lijkt moderne literatuur niet meer af te kunnen zijn.

Verder doet het aantal vloeken en krachttermen de historische werkelijkheid geweld aan. Vloekten mensen uit de milieus waaruit Gauss en Von Humboldt afkomstig zijn zo veel en zo hard? Ook hier lijkt de schrijver de huidige tijd op het verleden te hebben geprojecteerd, nog afgezien van het feit dat het godslasterlijk is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer