Klimaatstabilisatie vraagt samenwerking
Een succesvolle benadering van het probleem van de klimaatverandering vraagt om een grote betrokkenheid van en een intensieve samenwerking tussen investeerders en beleidsmakers, aldus John Ashton.
Onlangs zijn over klimaatverandering twee dingen duidelijk geworden. In de eerste plaats is het probleem serieuzer en urgenter dan we eerst dachten. In de tweede plaats zullen de kosten om de ergste gevolgen te voorkomen niet opwegen tegen de kosten die volgen wanneer we niets doen. Zoals in de zakenwereld steeds meer erkend wordt, staat een onstabiel klimaat voor een groot scala aan onbekende en moeilijk te voorkomen risico’s voor langetermijninvesteringen.De algemene wijsheid is dat markten een relatief pijnloze overgang naar bijvoorbeeld een economie kunnen bewerkstelligen door eenvoudigweg een prijs te vragen voor koolstof. Als de overheid maatregelen aanneemt, bijvoorbeeld een koolstofbelasting of een schema voor emissiehandel om de milieukosten voor koolstof te incorporeren, dan zullen de markten de goedkoopste mogelijkheden opzoeken om de klimaatverandering te voorkomen.
Deze voorstelling van zaken is correct. Maar zonder verdere uitwerking kan de gevaarlijke illusie ontstaan dat regeringen alleen maar een paar eenvoudige voorwaarden hoeven te stellen, en dat de markt dan verder aan zichzelf overgelaten kan worden. Een succesvolle benadering van klimaatverandering vraagt om een hoger niveau van betrokkenheid tussen investeerders en beleidsmakers.
Beslissingen over privé-investeringen zullen cruciaal zijn om te bepalen of we succes hebben in het voorkomen van nog gevaarlijker klimaatveranderingen dan die onvermijdelijk zijn. Maar het is de verantwoordelijkheid van regeringen om de uitkomst te garanderen, aangezien een stabiel klimaat een publiek goed is. Markten kunnen het leveringsproces meer kosteneffectief maken. Maar het belangrijkste is het politieke kader waarin de markten opereren.
Anticiperen
Regeringen moeten weten welke soort inmenging en welke combinaties van politieke instrumenten het grootste verschil zullen maken voor de resultaten in infrastructuur. Aangezien overheidsinvesteringen deel uit zullen maken van ieder effectief kader, moeten ze begrijpen hoe ze overheidsgeld zodanig kunnen gebruiken dat ze grote verschuivingen in het privékapitaal veroorzaken.
Investeerders moeten op hun beurt weten wat de regeringen verwachten van de politieke instrumenten die ze ontwerpen, en hoeveel politieke macht aangewend zal worden om zeker te stellen dat de doelen worden bereikt. Ze moeten kunnen anticiperen op de toekomstige richting van de politiek en kunnen inschatten of de doelen veranderingen in de regering zullen overleven. Ze moeten begrijpen hoe invloedrijke politici de geopolitieke wisselwerking zien tussen het klimaat en de gerelateerde risico’s voor bronnen, en hoe ze waarschijnlijk zullen reageren.
Momenteel is de kwaliteit van de communicatie tussen de publieke en private sector onvoldoende om zo’n hoog niveau van wederzijds begrip te bereiken. Er is geen grotere uitdaging voor hen die de markten bouwen die de omslag zullen bewerkstelligen, dan om door de onzichtbare barrières te breken die de communicatie tussen overheid en zakenleven hinderen, en om op een veel hoger niveau betrokken te zijn dan tot nu toe bereikt is.
Dat vereist een verandering in houding. Het zal niet genoeg zijn om in algemene termen te vragen om een kristalheldere politieke koers voor de lange termijn, of om aan te dringen op deze belastingmaatregel of die subsidie. Het moet geen oefening in lobbyen zijn, maar in het bouwen van gedeelde eigendommen van een complex en gewaagd project, dat tot doel heeft om de manier om te vormen waarop we energie produceren en consumeren, mobiliteit bereiken en land gebruiken.
Uitdaging
De uitdaging van de mensen in de frontlinie van de financiële omslag is om de regeerders te beïnvloeden om tegen de stroom in te denken. Ze moeten dat niet alleen zelf doen. Ze moeten ook hun eigen netwerk gebruiken en hun cliënten, klanten en partners aanmoedigen hetzelfde te doen.
Deze betrokkenheid moet het gevoel van urgentie oproepen dat nodig is om regeringen actie te laten ondernemen. Dat moet gebaseerd zijn op de vooronderstelling dat klimaatstabilisatie een directe vereiste is voor economische en nationale veiligheid en geen milieuvraagstuk voor op de lange termijn.
Dat moet regeringen het vertrouwen geven dat de maatregelen die ze nemen steun krijgen van een snelgroeiende coalitie van belanghebbenden die de dynamische voorhoede van de economie vertegenwoordigen.
De inspanning die nog maar net begonnen is, zal de meest verstrekkende samenwerking tussen de publieke en private sector vereisen die ooit gevormd is. Zoals met iedere samenwerking is de belangrijkste voorwaarde voor succes een verplichting tot duurzame communicatie van hoge kwaliteit in beide richtingen.
Maar de impuls hiervoor zal moeten komen van de pioniers die de markten van vandaag bouwen. Als zij willen dat deze markten floreren, moeten ze als hoogste prioriteit hebben zowel de bedrijven die winst nastreven als de regeringen wier beslissingen de grenzen zullen bepalen van wat de markten kunnen bereiken, aan te sturen.
De auteur is bijzonder afgevaardigde voor klimaatverandering van de Britse minister van Buitenlandse Zaken en bijzonder hoogleraar aan Imperial College in London. Hij schrijft dit artikel op persoonlijke titel.