Opinie

Besluitvorming ontwikkeling ruimte kan beter

Grote ruimtelijke projecten als de Zuiderzeelijn en de A4 Delft-Schiedam kunnen slimmer worden georganiseerd, waarbij een beter gebruik van beschikbare kennis en meer maatschappelijk draagvlak kunnen worden gerealiseerd, stelt Arwin van Buuren.

23 November 2006 07:39Gewijzigd op 14 November 2020 04:18

Rond grote ruimtelijke projecten wordt er vaak veel kennis verzameld, veel met belanghebbende partijen en burgers gepraat en veel tijd en energie gestoken in onderhandelingen. Toch leveren al deze inspanningen niet altijd een effectief resultaat op. De roep om betere besluitvorming is dan ook begrijpelijk.Sommigen zoeken de oplossing in meer draagvlak onder burgers, anderen (zoals de commissie-Duivesteijn) in betere kosten-batenanalyses, meer effectenonderzoek of meer parlementaire controle.

Hoe komt het dat effectieve besluiten desondanks moeizaam tot stand komen? Uit onderzoek blijkt dat de verbrokkeling van verschillende activiteiten die op verschillende plekken en door verschillende mensen worden uitgevoerd, effectieve besluitvorming in de weg staat. Onderhandelingen vinden plaats in gesloten circuits van bestuurders. Overleg tussen ambtenaren, vertegenwoordigers van belangengroepen en burgers vindt elders plaats en leidt niet zelden tot andere resultaten. Kennisvorming en onderzoek naar mogelijke effecten van oplossingen zijn vaak een zaak van experts en vinden in eigen circuits plaats, waarbij niet zelden tegenstrijdige rapporten verschijnen die onzekerheden alleen maar vergroten.

Tijdwinst en kwaliteitswinst in de besluitvorming rond grote ruimtelijke ingrepen kunnen worden behaald door de feitenvorming, beeldvorming en wilsvorming in dergelijke projecten beter met elkaar te verbinden en op elkaar af te stemmen. Zo dient, parallel aan het onderzoek naar nut en noodzaak, met belanghebbenden gezocht te worden naar een breedgedragen probleemdefinitie en naar draagvlak voor een ingreep, en dient er toegewerkt te worden naar een concrete beslissing. Fragmentatie binnen en scheefgroei tussen deze activiteiten leiden tot traagheid en besluiteloosheid en tot suboptimale uitkomsten.

Uit onderzoek naar de besluitvorming over de Ontwikkelingsschets Schelde Estuarium 2010 en over de herinrichting van Gouwe Wiericke West blijkt dat het mogelijk is besluitvorming anders en beter te organiseren en aansprekende voorstellen te formuleren, door experts, belanghebbenden en bestuurders frequent met elkaar in contact te brengen en hun bijdragen op elkaar af te stemmen.

Tegelijkertijd bleek het lastig om een vruchtbaar samenspel tussen politieke bestuurders en deze interactieve processen te realiseren, omdat politici graag hun handen vrijhouden om de resultaten naar eigen inzichten aan te passen.

Wiel
Ik pleit daarom voor een sterkere politieke en bestuurlijke inbedding van interactieve beleidsvorming en ruimtelijke ontwikkeling. Bovendien moeten overheden zorgvuldiger omgaan met de leerervaringen die zij opdoen in ruimtelijke projecten. Hoewel er heel wat kennis en kunde wordt gegenereerd in langlopende besluitvormingstrajecten, slagen overheden er slechts ten dele in deze kennis te borgen voor de toekomst, waardoor zij bij nieuwe ruimtelijke projecten opnieuw het wiel moeten uitvinden.

teur promoveerde donderdag aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op het proefschrift ”Competente besluitvorming. Het management van meervoudige kennis in ruimtelijke ontwikkelingsprocessen”.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer