Belgen lopen nog niet warm voor drop
BRUSSEL (ANP) - Belgen lopen nog niet warm voor de Nederlandse lekkernij drop. Een speciale dropproeverij dinsdagavond in een Vlaams-Nederlands cultuurcentrum trok vooral Nederlandse belangstellenden.
Wel was er tevoren veel aandacht in de Brusselse pers, met foto’s en interviews. „Belgen vinden het grappig. Maar dat betekent nog niet dat ze drop gaan eten. Een diepgewortelde gewoonte verander je niet zomaar”, zei medeorganisator Anton van Dam over het ontbreken van drop in de Belgische culinaire voorkeuren.België kent niet zo’n dropcultuur als Nederland, dat 30 miljoen kilo drop per jaar verorbert. Sommige Antwerpenaren nemen wel eens een ”japke”, maar dat is niet helemaal hetzelfde als drop.
Alle reden voor het Vlaams-Nederlands Huis deBuren om een tafel voor dropsoorten uit te stallen. Bezoekers smulden ervan. „We hebben geen ”brutale apen” meer”, schertste directeur Dorian van der Brempt, die zich verder verbaasd toonde dat er geen wetenschappelijk boekwerk bestaat over drop. „We hebben even overwogen het thema van deze avond maar te droppen”, zei hij met een woordspeling.
De Vlaamse culinair schrijfster Diane de Keyzer vertelde de circa 75 bezoekers wel smakelijk over meeuwenflatsen, scheepsknopen en andere dropvarianten. Ze vindt dropjes het toppunt van calvinistisch snoepen: „Ze zijn zwart, je kunt ze discreet eten en je doet er lang mee, dus ze zij goedkoop: op en top een Nederlands snoepje.”
Een ”japkop” (dropkop) is volgens De Keyzer de Vlaamse benaming voor een calvinistisch, christendemocratisch persoon. „Net zo weeïg en zoetig.”
De Keyzer zei dat ze zelf drop niet zo lekker vindt. Als kind pikte ze wel eens snoepjes uit de snoepwinkel. „Maar nooit drop. Vooral zoute drop is vreselijk.”
De schrijfster heeft echter wel romantische herinneringen aan dropveters. „Die noemen we liefdesnestels: je kunt ze aan weerszijden oppeuzelen, tot de monden elkaar raken”, zei De Keyzer, die haar toehoorders vergeefs voorstelde dit samen te demonstreren.