Eind dit jaar hoopt de Amsterdamse beursexploitant al één tot vier toetreders te verwelkomen. Dat zei financieel directeur J. van der Does de Willebois van Euronext Amsterdam dinsdag tijdens een bijeenkomst over beursintroducties.Euronext Amsterdam kreeg in mei toestemming voor de oprichting van Alternext. Deze beurs bestaat al in Parijs en Brussel. Het leeuwendeel van de 63 Alternextnoteringen is aan de beurs in Parijs. Alternext wordt opgetuigd om de drempel voor een beursnotering te verlagen. Bedrijven die er een notering krijgen, kunnen minder aandelen plaatsen dan op een andere beurs. Bovendien hoeven ze niet volgens de internationale IFRS-boekhoudregels te rapporteren.

Van der Does de Willebois verwacht er veel van. „Wij hoeven niet onder te doen voor Parijs. In potentie kan deze beurs groeien naar meer dan honderd”, zei de bestuurder. Op de reguliere beurs van Amsterdam hebben zo’n 150 bedrijven een notering.

Vier bedrijven hebben al laten weten interesse te hebben in een notering aan Alternext. Het gaat om inrichter van computerruimtes ICTroom, detacheringsbedrijf The Member Company, modebedrijf Bandolera en technische groothandel Reesink. Dit laatste bedrijf heeft een ’gewone’ notering, maar stapt liever over, omdat het dan niet naar internationale standaarden hoeft te rapporteren.