Vloekverbod heeft symbolisch karakter
APELDOORN - Het instellen of opheffen van een vloekverbod binnen een gemeente leidt zo goed als altijd tot discussies tussen confessionele en niet-confessionele partijen. Maar wat houdt een vloekverbod precies in?
VLOEKVERBOD
Een vloekverbod is een verbod op vloeken binnen de gemeentegrenzen. Het is verboden in het openbaar Gods naam oneigenlijk te gebruiken. Omdat het verbod wettelijk in strijd is met de vrijheid van meningsuiting heeft het vooral nog een symbolische waarde en biedt het geregeld aanleiding voor een maatschappelijke discussie over taalgebruik en omgangsnormen.GESCHIEDENIS
Vloekverboden werden vroeger vooral door een aantal gemeenten op de Noord-Veluwe in de algemene plaatselijke (of politie-)verordening (APV’s) opgenomen. In deze gemeenten hebben de christelijke partijen CDA, ChristenUnie en SGP vaak een ruime meerderheid in de raad en het college. Op 5 juni 1986 werd een vloekverbod in Ermelo door de kroon echter strijdig geacht met de vrijheid van meningsuiting. Vloeken of het gebruik van ruwe of onzedelijke taal is namelijk „in beginsel als openbaarmaking van een gedachte of gevoelen aan te merken.”
Veel gemeenten kozen er vervolgens voor om het verbod te schrappen of het vloeken niet meer te bestraffen. In de strijd tegen het verval van christelijke normen en waarden kennen op dit moment alleen nog gemeenten als Graafstroom, Goedereede, Reimerswaal, Rijssen-Holten, Urk en Staphorst een vloekverbod. Deze laatste gemeente heeft het vloekverbod anderhalf jaar geleden weer ingevoerd. Dat trok zelfs internationale aandacht vanuit onder andere Amerika.
In Katwijk strandde vorige maand een poging tot het invoeren van een vloekverbod. Ook in onder andere Gouda, Tholen, Ede, De Bilt en Zwartewaterland strandden de laatste jaren pogingen het verbod weer op te nemen in de APV.
STRAF
Vloeken wordt als een overtreding strafbaar gesteld op straffe van een boete van meestal de eerste categorie. Meer dan een signaal tegen taalverruwing is het echter niet, omdat het daadwerkelijk opleggen van sancties op vloeken wettelijk verboden is.
ONDER VUUR
In Rijssen beriepen SGP en ChristenUnie zich deze zomer op het vloekverbod, in een poging een popfestival te verbieden. Tal van rechtsgeleerden liepen daarop te hoop tegen deze poging. Zo stelde prof. mr. E. J. Dommering dat zelfs een symbolisch verbod niet juist is. Volgens hem, daarin bijgevallen door anderen, heeft een gemeente geen autonome bevoegdheid een zogenoemd uitingsdelict in te voeren, als dat in strijd is met de Grondwet.
RUIMTE
Hoewel een daadwerkelijk vloekverbod in strijd is met de vrijheid van meningsuiting, liet het Koninklijk Besluit uit 1986 volgens anderen juist nog wat ruimte voor symbolische wetgeving, om zo als gemeente aan te kunnen tonen dat de eerbiediging van Gods Naam voor hen een groot goed is.
Begin oktober probeerden de fracties van ChristenUnie en SGP in de gemeente Katwijk daarom -tevergeefs- de volgende formulering op te nemen in de APV: „Het is verboden in het openbaar de naam van God oneigenlijk te gebruiken dan wel onwelvoeglijke taal te bezigen die kwetsend is als bedoeld in artikel 1 van de Grondwet. Dit verbod geldt niet voor zover gedachten of gevoelens worden geopenbaard als bedoeld in artikel 7 van de Grondwet, dan wel in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door artikelen 137c, 137e, 147 en 429bis van het Wetboek van Strafrecht.”
In dit geval kan de overheid alleen ingrijpen wanneer door vloeken en ander grof taalgebruik de openbare orde in het gedrang komt.