Binnenland

Stressstoornis verandert hersenen van veteranen

UTRECHT - De hersenen van oorlogsveteranen die lijden aan een posttraumatische stressstoornis zien er na afloop van een missie anders uit dan de hersenen van psychisch gezonde veteranen.

Wetenschapsredactie
23 October 2006 20:35Gewijzigd op 14 November 2020 04:13

Dat blijkt uit onderzoek van neuropsycholoog Elbert Geuze, werkzaam in het Centraal Militair Hospitaal, waarop hij dinsdag promoveert aan de Universiteit Utrecht. Veteranen met een posttraumatische stressstoornis PTSS hebben op bepaalde plaatsen een dunnere hersenschors, de buitenrand van de hersenen, zo blijkt uit MRI-scans die Geuze liet maken.Twee kernen in de middenhersenen -de zogeheten amygdala, betrokken bij de pijnbeleving- zijn bij veteranen met ptss minder actief dan bij gezonde militairen. Veteranen met PTSS zijn ook iets minder gevoelig voor pijn. Uit eerder onderzoek was al gebleken, dat de hippocampus, een hersengedeelte in de grote hersenen in de vorm van een zeepaardje, kleiner is bij veteranen met PTSS. De hippocampus speelt een rol bij de opslag en het weer terughalen van herinneringen.

Een kleinere hippocampus is ook gevonden bij onder meer de ziekte van Alzheimer, Parkinson, Huntington, epilepsie, depressie, schizofrenie, borderline persoonlijkheidsstoornis en het syndroom van Down, zo blijkt uit onderzoek van gegevensbestanden dat Geuze uitvoerde.

Defensie heeft onderzoek naar PTSS inmiddels stevig op de kaart gezet. In het Centraal Militair Hospitaal in Utrecht start in januari 2007 een expertisecentrum voor onderzoek en behandeling van veteranen en actief dienende militairen met PTSS. Binnen het centrum zal vooral onderzoek worden opgezet naar „witte vlekken” in de militaire psychiatrie. „We willen geen bevestigende studies uitvoeren, maar vooral innovatief onderzoek doen waar universiteiten niet aan beginnen. Daarbij werken we onder meer samen met Amerikaanse deskundigen die veel PTSS-onderzoek doen”, aldus Geuze

In de krijgsmacht is tegenwoordig veel aandacht voor PTSS-klachten, stelt Geuze. „Je bent als militair geen softy meer als je over zulke zaken praat. Die openheid is er tegenwoordig. Dat geldt niet voor alle krijgsmachten van andere landen. Ook de realisatie van het expertisecentrum -en het feit dat onder meer mijn onderzoek geheel door Defensie is betaald- geeft aan dat binnen de krijgsmacht goede begeleiding van PTSS-klachten hoog op de agenda staat.”

Al langere tijd bestaat er binnen het leger een buddysysteem, waarbij een uitgezonden militair met een ’maatje’ vertrouwelijk zaken kan bespreken die hem bezighouden. Tevens zijn er militairen die een korte opleiding hebben gehad om stress- en trauma gerelateerde klachten te signaleren en bespreekbaar te maken. „Na ingrijpende gebeurtenissen tijdens een militaire missie volgt ook steevast een ’debriefing’, een bijeenkomst waarop zaken worden doorgesproken onder begeleiding van een psycholoog. Daarnaast is er al sinds jaar en dag de geestelijke verzorging door predikant, raadsman, rabbijn of imam.”

Binnen Defensie wordt tevens gewerkt aan de totstandkoming van één organisatie voor militaire geestelijke gezondheidszorg (GGZ) waarin de afdeling individuele hulpverlening, de sectie individuele hulpverlening, de sociaal-medische dienst van de marine, GGZ KLu en de afdeling militaire psychiatrie van het Centraal Militair Hospitaal samengaan.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer