Voer een open gesprek met moderne literatuur
Het is de taak van lezers en recensenten een open gesprek te voeren met literatuur die hun weg kruist, stelt dr. Hans Ester. Ook al heeft een roman je vertrouwen beschaamd.
Hoe lang duurt het vertrouwen in een tekst die wij lezen? Zelfs in het geval dat we leugens verwachten, lezen we toch met een insteek van vertrouwen dat we de leugen als leugen kunnen ontmaskeren. Dat de leugen als zodanig herkenbaar is. Als we helemaal geen leugens en onwaarheden verwachten, lezen we in de verwachting dat de tekst ons iets te zeggen heeft en wellicht iets schenkt dat we anders nooit zouden hebben gekregen. Maar op welk moment van het lezen zijn we daar zeker van? Lezen is immers een avontuur. We betreden als lezers een woud met open plekken, met zonlicht dat door de takken op het mos van de bodem valt, maar ook met duistere, sombere, klamme, angstaanjagende stukken die ons doen verlangen naar een verlossend slot.Verrijking
Zouden we als lezers alleen maar bevestigd worden, dan zouden we niet echt hoeven lezen. We lezen, zo denk ik dat het ligt, tussen de ene pool van de spanningsvolle verwachting dat onze fantasie wordt geprikkeld en de andere pool van het verlangen naar erkenning van onze levenswaarheid, ons denken over God, mens en wereld.
De vraag is: Leggen we onze eigen waarheid zolang we lezen dan maar in de ijskast en oordelen we achteraf dat we mogelijkerwijs van een koude kermis zijn thuisgekomen? Ik denk dat het anders ligt.
Natuurlijk lezen we als de mens die wij zijn, met ons geloof en met ons vertrouwen in Gods aanwezigheid binnen de Schepping. Maar we zijn ook bereid om het boek dat voor ons ligt te laten uitspreken en zijn eigen visie op mens, God en wereld te laten formuleren.
Er zijn, zoals ik het nu zie, drie reacties op het lezen van literatuur mogelijk. De eerste reactie is: Ook al ben ik het niet met jou eens, roman van Nelleke Noordervliet, toch kan ik zien dat je oprecht bent en dat waardeer ik. De tweede reactie is: Je hebt mijn argwaan gewekt. Het is geen zuivere koffie met jou. Ik wijs je af, roman ”Specht en zoon” van Willem-Jan Otten, omdat je niet eerlijk bent. De derde reactie luidt: Jij, ”De keizervis”, roman in verhalen van Viktor Astafjev, en jij, autobiografie van György Konrád, jullie hebben woorden gevonden voor gedachten en gevoelens die ik als gelovig christen vaag in mij voelde. Jullie hebben mij verrijkt.
Op de afwijzing en op de reactie van dankbaarheid wil ik graag nader ingaan.
Krediet verspelen
De bekroonde roman ”Specht en zoon” uit 2004 heb ik met grote tegenzin gelezen. De geforceerde symbolische duiding van een pedofiele relatie in de richting van de kruisiging en de wederopstanding van Christus is een leugen. Mijn vertrouwen in de tekst verkeerde in zijn tegendeel. Ik wil het boek liever niet in mijn kast hebben.
Zoals Otten bij mij zijn krediet verspeelde, zo vergrootte de Siberische schrijver Viktor Astafjev het tijdens het lezen meer en meer. Waarom heeft deze auteur mijn vertrouwen gewonnen? Omdat hij eerbied heeft voor het leven en omdat hij weet dat geen mens ongeschonden uit dit leven komt, maar het niettemin van harte lief kan hebben. Ik vind dit proza door en door religieus, al valt de naam van de Schepper nauwelijks ooit. Maar het gevoel voor het leven is doordrongen van diepe dankbaarheid en daar gaat het mij om. Ik geef de voorkeur aan een innerlijke aanwezigheid van God boven een in mijn ogen geforceerd en uiterlijk netwerk van symbolische aard zoals bij Willem-Jan Otten.
Dialoog
Waar beginnen we aan, wanneer we lezen? Aan een tocht van de verbeelding. Niet aan een weg die volledig is gemarkeerd volgens onze wensen en normen. Lezen blijft een spannend avontuur. Soms maken we overuren, omdat onze gretigheid om te horen maar niet wil bedaren. En soms gaan we in staking, omdat we ons thuis voelen in de wereld van de fantasie waar de verteller ons heen probeert te brengen. Zou staken inhouden dat we het boek terzijde leggen of uit onze omgeving verbannen -zoals ik met ”Specht en zoon” dreigde te doen-, dan blokkeren we de dialoog. Op grond van het oordeel van anderen moet ik mijn eigen standpunt overdenken. Dat is een vruchtbaarder houding dan de abrupte beëindiging van het gesprek.
Bij nader inzien doe ik geen boek de deur uit. Mijn taak als lezer en recensent is het een open gesprek te voeren met die literatuur die mijn weg kruist. En met mijn medelezers zoals u. Het kan niet anders dan dat we er allemaal beter van worden.
De auteur is docent Duitslandstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Een uitgebreide versie van dit artikel sprak hij zaterdag in Gouda uit tijdens de literatuurdag ”Dwalen in een donker woud”.