Studie als pijnstiller
RIJSWIJK - Met een scriptie over de puriteinen rondde de 81-jarige weduwe van voormalig staatssecretaris Veerman maandag haar studie Engels af. „Mijn boodschap is vooral: Oude mensen, richt je niet op je kwaaltjes; steek je energie in iets anders.”
Zeven jaar deed E. N. Veerman-van Leeuwen -nicht van oud-Kamerlid Hannie van Leeuwen- over haar doctoraalstudie aan de Leidse universiteit. De grijze dame uit Rijswijk zat twee, drie avonden per week in de collegebankjes. „Ik zat er tussen studenten van 20, 30 jaar oud en ik ging ook wel eens overdag naar colleges en daar waren de studenten nog jonger. Ik ging met ze eten en heb er leuke contacten opgedaan. ’k Heb zeven kinderen en een stel kleinkinderen, dus de jonge generaties zijn me niet vreemd.”Veerman besloot te gaan studeren als therapie tegen de pijn die ze had als gevolg van een aangeboren tumor in haar ruggenmerg. Door de tumor lekte er hersenvocht. „Dat maakte de zenuwbanen in m’n handen kapot. Ik leek ook een dwarslaesie te zullen krijgen. Dat werd gelukkig voorkomen door een operatie. Maar de pijn bleef, alsof je de hele dag een paar brandende fakkels voelt. Betere medicijnen waren er niet. Door de pijn vergat ik dingen. Het begon mijn leven te vergallen.
Tijdens een uitzending van de EO werd het advies gegeven de pijn te bestrijden door je op iets anders te richten. Dat advies heb ik opgevolgd en het heeft echt geholpen. De pijn werd minder doordat ik me op mijn studie concentreerde.”
Ze studeerde vijf uur per dag, ook op zaterdag. „Meestal duurt de studie zes jaar. Maar je hersens werken op mijn leeftijd natuurlijk wel wat langzamer. Ik vind het trouwens meer een kwestie van doorzetten dan van hersens. Nou ja, met houtwol in je hoofd lukt het natuurlijk niet, maar het kwam wel op doorzetten aan. Van de dertig mensen met wie we begonnen, zijn er maar tien afgestudeerd. De zwaarte van zo’n avondstudie wordt vaak onderschat. Zelf dacht ik door de pijn soms: Laat ik maar stoppen. Maar dat duurde nooit lang.”
Meer dan een halve eeuw geleden studeerde Veerman Engels aan de Gemeentelijke Universiteit in Amsterdam. Later haalde ze haar MO A-akte en gaf ze Engels aan een handelsavondschool en aan het Delftse lyceum waar haar man rector was -hij was ook partijvoorzitter van de ARP, Tweede Kamerlid en staatssecretaris van Onderwijs in het kabinet-Den Uyl. Voor de vereniging van huisvrouwen verzorgde ze 25 jaar conversatielessen.
De studie in Leiden begon ze van voren af aan. „Vroeger in Amsterdam begonnen we met het maken van thema’s. Nu zit de studie heel anders in elkaar. Je begint met een grammaticatest op de computer.”
Veerman is van gereformeerden huize. „Het bloed kruipt waar het niet gaan kan: ik ben afgestudeerd op de puriteinen. Vooral het sociale interesseerde me, maar ik kreeg de pin op de neus gezet: het moest echt een literair onderzoek zijn. ’k Heb onderzocht hoe het puritanisme terug te vinden is in gedichten van Anne Bradstreet en Edward Taylor, twee mensen die vanwege hun geloof van Engeland naar Massachusetts in Amerika waren gegaan. Die puriteinen hadden een strenge leefwijze. Een vrouw kon niet publiceren. Daarom gaf Bradstreet haar gedichten aan een zwager mee die naar Engeland ging en ze gedrukt mee terugnam. Zo werd ze de eerste vrouw in de Engels-Amerikaanse literatuur.”
Het telefonische interview wordt met luide stem afgenomen. „Ik ben nogal doof. Op deze leeftijd krijg je van alles en dan heb je de neiging veel met kwaaltjes bezig te zijn. Ouderen moeten proberen daar niet alle energie in te steken. Voor mij is de studie een pijnstiller geweest.”